Inbedrijfstelling
Voor de eerste inbedrijfstelling
LET OP
De inbedrijfname kan pas
worden uitgevoerd als
is gewaarborgd dat de
deskundige montage en de
elektra-installatie voldoen aan
de geldende bepalingen van de
EG-richtlijnen.
1. De juiste mechanische montage
moet worden gecontroleerd.
2. De aansluiting conform
de voorschriften op het
verwarmingssysteem ter plaatse
moet worden gecontroleerd.
3. Er moet worden gecontroleerd
of de hete oppervlakken zijn
beveiligd tegen onvoorzien
aanraken.
4. Er moet worden gecontroleerd
of de elektrische bedrading
van de apparaten volgens de
geldende richtlijnen en normen,
met in acht neming van de
meegeleverde aansluitschema's
is uitgevoerd.
5. De ventilatorruimte alsook
het aanzuig- en uitlaatbereik
kunnen worden gecontroleerd
op vreemde deeltjes.
6. Er moet worden gecontroleerd
of de uitblaasopeningen zijn
geopend.
7. Het soepel lopen van de
ventilator moet worden
gecontroleerd.
8. De stroomaansluiting tot het
aansluitapparaat (accessoires)
vrijschakelen en het apparaat
inschakelen middels de
besturingsschakelaar van het
schakelapparaat.
Tijdens de
eerste inbedrijfstelling
Tijdens de eerste inbedrijfstelling
moeten alle regels-, besturings- en
veiligheidsinrichtingen worden
gecontroleerd op werking en juiste
instelling.
1. De stroomopname van de
ventilator is meetbaar.
De nominale stroom mag in de
desbetreffende schakelniveaus
de op het typeplaatje
aangegeven waarde niet
overschrijden.
2. De besturings-/regelfunctie van
de ventilator controleren.
3. De motorbeveiligingsfunctie van
de ventilator controleren.
4. Indien gemonteerd,
de functie van de
vorstbeveiligingsinrichting en de
ruimtethermostaat controleren.
5. De complete installatie op
spanningsvrije installatie en
eventuele trillingen controleren.
6. De toevoerleidingen van
het verwarmingsmedium op
correcte aansluiting en dichtheid
controleren.
Buiten werking stellen
De bedrijfsschakelaar van het
desbetreffende schakelapparaat in
positie "Uit" of "0" schakelen.
Bij langere onderbrekingen:
De elektrische aansluiting aan
■
alle polen uitschakelen
De aansluiting voor het
■
verwarmingsmedium blokkeren
Bij vorstgevaar moet het
■
volledige systeem, als aan het
verwarmingsmedium (water)
geen geschikt antivriesmiddel is
toegevoegd, worden geleegd
AANWIJZING
Het volledig legen van de
warmtewisselaar is uitsluitend
mogelijk met behulp van
perslucht.
AANWIJZING
Na het loskoppelen van
het schakelapparaat van
de stroomvoorziening,
een stroomuitval of een
storingsuitschakeling moet
als het apparaat opnieuw
wordt gestart, altijd eerst de
besturingsschakelaar op positie
"0" worden teruggeschakeld.
13