ONDERHOUDSDIAGNOSE
KOELING
FOUT
LAGEDRUK PROBLEMEN en
LAGEDRUK UITSCHAKELINGEN
FLEXYII-WSHP-IOM-0110-D
MOGELIJKE OORZAAK EN
SYMPTOMEN
Te weinig koelmiddel
In de warmtepompmodus is het
temperatuurverschil tussen T buiten en
Tevap. (dauw) te hoog
5°C < Delta T < 10°C uitstekend
10°C < Delta T < 15°C acceptabel
15°C < Delta T < 25°C te hoog
Koelcircuit is geblokkeerd in de
distributie
Vloeistofdroger is verstopt. Een te groot
temperatuurverschil tussen de inlaat en
de uitlaat van de droger
Vervuiling in de expansieklep
De expansieklep is niet goed afgesteld
IJsstekker in de expansieklep
Verkeerde isolatie van de
thermostatische bol in de expansieklep
Afschakelinstelling van de
lagedrukschakelaar staat te hoog
LD-uitschakeling vanwege te weinig
ontdooiing op de warmtepompen
OPLOSSING
Meet de oververhitting en de nakoeling:
Goed bij 5°C<SC<10°C en
5°C<SH<10°C
Slecht bij>10°C en SH te laag
Controleer de afstelling van de
oververhitting en de vul-unit (er moet
ook op lekkages worden gecontroleerd)
Bij oververhitting moet u controleren of
de batterijen schoon zijn of controleren
of de interne druk tussen de vloeistoflijn
en de aanzuiglijn niet zakt
Goed bij < 3 bar
Te hoog bij > 3 bar (geblokkeerde
batterij)
Zet de ventilator stil en maak ijsvorming
van de batterij
Controleer of alle circuits gelijkmatig
over het gehele oppervlak van de
batterij bevriezen
Als sommige delen van de batterij niet
bevriezen, kan dit een gevolg zijn van
een fout in de distributie
Vervang het filter van de droger
Probeer het afstelelement voor de klep
vrij te maken door de klep te bevriezen
en vervolgens het thermostatische
element te verhitten. Vervang zo nodig
de klep
Stel de expansieklep af
Verwarm het klephuis. Als de LD hoger
en vervolgens geleidelijk aan lager
wordt, moet u het circuit leegmaken en
de droger vervangen
De oververhitting is te laag: overhitting
bijstellen
Verplaats het thermostatische element
langs de leiding
Isoleer het thermostatische element
van de klep
Controleer de druk waarbij de
lagedrukschakelaar opent: Dit moet 0,7
+/- 0,2 bar zijn; bij 2,24 +/- 0,2 bar moet
de schakelaar sluiten
Pas de CLIMATIC-instellingen hoger
dan de ontdooicycli aan of maak de tijd
tussen het ontdooien korter
Pagina 108