Sp04 - Correctie Van De Voortplantingssnelheid; Sp05/06 - Factor Voor Ruismiddeling Stijgend/ Dalend; Sp07 - Filterfunctie "Ruwe Waardecurve Afvlakken" Deactiveren; Sp09 - Minimale Meetzekerheid Voor Ni- Veau-Echokeuze - Vega VEGAPULS 6X Handleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor VEGAPULS 6X:
- Handleiding (164 pagina's) ,
- Beknopte handleiding (28 pagina's) ,
- Producthandleiding (20 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
8 Met display- en bedieningsmodule in bedrijf stellen
SP02 - handmatige be-
grenzing van de aanvang
van het meetbereik
SP03 - echoherkenning
onder de 0%-inregeling
SP04 - correctie van de
voortplantingssnelheid
SP05/06 - factor voor
ruismiddeling stijgend/
dalend
SP07 - filterfunctie "ruwe
waardecurve afvlakken"
deactiveren
SP08 - offset detectiecur-
ve voor echo-analyse
SP09 - minimale meet-
zekerheid voor ni-
veau-echokeuze
SP10 - extra betrouw-
baarheid bij opslaan
stoorsignalen
76
Hier volgt een individuele begrnzing van de meetbereiksaanvang
onafhankelijk van de 100%-inregeling. De ingevoerde waarde moet
altijd kleiner zijn dan de afstand tot het sensorreferentiepunt voor het
maximale niveau.
Dit is een extra afstandswaarde, die bij de speciale parameter SP24
wordt opgeteld, om bij onvoldoende reflecties op de tankbodem het
nulpunt betrouwbaar te herkennen.
De echoherkenning onder de 0%-inregeling moet de betrouwbare
detectie van een echo bij volledig lege tank ondersteunen, bijv. bij niet
exact ingevoerde tankhoogte.
Deze parameter is bedoeld als correctiewaarde voor de voortplan-
tingssnelheid, bijv. bij eventuele looptijdfouten in standpijpen of bij
een hogere diëlektrische constante van de atmosfeer in de tank.
Met ruismiddeling wordt een over een bepaalde tijd, glijdende bepa-
ling van de gemiddelde waarde van alle door de sensor ontvangen
signalen bedoeld. De ingestelde factor bepaalt als exponent voor
basis 2 het aantal gemiddelde echocurven (voorbeeld: factor 2 komt
overeen met de middeling van 2² [= 4] echocurven).
Sporadisch optredende echo's, bijv. van roerschoepen of ni-
veau-echo's met veranderende amplitude kunnen door deze factoren
worden beïnvloed.
Een hogere factor voor ruismiddeling kan een verlenging van de reac-
tietijd resp. het actualiseren van de meetwaarde tot gevolg hebben.
Deze parameter is af fabriek altijd ingeschakeld en werkt als digitaal
filter voor de ruwe waardecurve afhankelijk van de gekozen toepas-
sing.
Deze zorgt in de regel voor een verbetering van de meetzekerheid.
Uitschakelen is daarom alleen na overleg in zeer speciale toepassin-
gen zinvol.
Alleen echo's, die de detectiecurve overschrijden, worden als echo's
gedetecteerd en verwerkt. Deze parameter reduceert de gevoeligheid
van de echoherkenning en signaalanalyse door verhoging van de
dB-waarde.
Dit heeft op dezelfde wijze invloed op de niveau-echo. Daarom wordt
dit alleen gebruikt bij sterk variërende stoorsignalen en tegelijkertijd
goede reflecterende eigenschappen van het medium.
Deze parameter definieert de minimaal benodigde signaalsterkte
van een reflectiesignaal voor signaalherkenning en voor uitsturen als
niveausignaal.
Door invoer van een minimale meetzekerheid als dB-waarde worden
stoorsignalen onder deze waarde niet als niveau-echo geaccepteerd.
De amplitude van de stoorsignaalonderdrukking wrodt met de inge-
voerde dB-waarde verhoogd. Dit voorkomt, dat een dergelijk signaal
als niveau-echo wordt geaccepteerd.
VEGAPULS 6X • Tweedraads 4 ... 20 mA/HART
Advertenties
Inhoudsopgave
