Toepassingsgebied; Veiligheidsconcept Van De Parametrering - Vega VEGAPULS 6X Handleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor VEGAPULS 6X:
- Handleiding (164 pagina's) ,
- Beknopte handleiding (28 pagina's) ,
- Producthandleiding (20 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Hulpmiddel voor bedie-
ning en parametrering
Veilige parametrering
Veiligheidsrelevante
parameters
VEGAPULS 6X • Tweedraads 4 ... 20 mA/HART
7.3
Toepassingsgebied
Het instrument kan voor de niveausignalering of niveaumeting van
vloeistoffen en stortgoederen in veiligheidsinstrumentatie systemen
(SIS) conform IEC 61508 en IEC 61511 worden toegepast. Let op de
specificaties in de Safety Manual.
De volgende uitgang is hiervoor toegestaan:
•
Stroomuitgang (I) - 4 ... 20 mA/HART
Opmerking:
De tweede stroomuitgang (II) voldoet niet aan de eisen van systemen
met veiligheidsinstrumentatie (SIS). Deze is in dit verband alleen voor
informatief gebruik.
7.4
Veiligheidsconcept van de parametrering
Voor de parametrering van de veiligheidsfunctie zijn de volgende
hulpmiddelen toegestaan:
•
Bedienings-app
•
Bij het instrument passende DTM in combinatie met een bedie-
ningssoftware conform de FDT/DTM-standaard, bijv. PACTware
Opmerking:
Voor de bediening van de VEGAPULS 6X is een actuele bedie-
nings-app resp. DTM Collection nodig. De verandering van veilig-
heidsrelevante parameters is alleen bij actieve verbinding met het
instrument mogelijk (online-modus).
Om bij de parametrering met niet-veilige bedieningsomgeving
mogelijke fouten te vermijden, wordt een verificatiemethode gebruikt
die het mogelijk maakt parametreerfouten betrouwbaar te ontdekken.
Hiervoor moeten veiligheidsrelevante parameters na het opslaan in
het instrument worden geverifieerd. Bovendien is het instrument ter
beveiliging tegen ongewilde of onbevoegde bediening in de normale
bedrijfstoestand voor elke parameterverandering geblokkeerd.
Ter bescherming tegen ongewilde resp. onbevoegde bediening
moeten de ingestelde parameters tegen ongeautoriseerde toegang
worden beschermd. Daarom wordt het instrument in de SIL-uitvoering
in vergrendelde toestand uitgeleverd.
Bij uitlevering met een specifieke parametrering wordt met het
apparaat een lijst met waarden geleverd, die van de fabrieksinstelling
afwijken.
Alle veiligheidsrelevante parameters moeten na een verandering
worden geverifieerd.
De volgende parameters zijn veiligheidsrelevant:
•
Mediumtype
•
Toepassing
•
Afstand A (max.-waarde)
•
Afstand B (min.-waarde)
•
Demping
7 Functionele veiligheid (SIL)
49
Advertenties
Inhoudsopgave
