Download Print deze pagina

Lennox CLIMATIC II Gebruikershandleiding pagina 88

Advertenties

Ø Ø
UITBREIDING 16 LOGISCHE INGANGEN
KP03
1. VOORSTELLING
De kaart KP03 biedt de mogelijkheid om 16 extra droge contacten aan te sluiten op de Climatic. Deze
contacten zijn in hoofdzaak afkomstig van controle-eenheden die op de machine zijn gemonteerd, zoals
pressostaten, magnetisch-thermische stroomonderbrekers, debietmeter, enz.
Op een en dezelfde KP01 kunnen maximaal 3 uitbreidingen KP03 worden aangesloten, wat een maximale
capaciteit biedt van 8 + 3 x 16 hetzij 56 logische ingangen.
2. EXTERNE VERBINDINGEN
2.1 Voeding
De voeding van 12 Vac voor de kaarten KP03 is extern. Zij wordt verzekerd door de enige transformator, die de
spanning van 12 V opwekt voor alle kaarten, CPU en uitbreidingen, van de Climatic (zie § 2. Van de technische
fiche "CLIMATIC-KAART Ø KP01").
De 12 V waarmee de kaarten KP03 worden gevoed, dienst ook als spanningsbron voor alle droge contacten
die op de logische ingangen zijn aangesloten (niet-afgeschermde draden).
De aansluiting van de voeding gebeurt via een loskoppelbare 2-punts connector met een pitch van 5.08 mm
(J3).
De aanwezigheid van spanning op de KP03 kan worden gevisualiseerd met een rode led (LD18).
2.2 Verbinding met de KP01 en de andere kaarten KP03
Deze verbinding die gebaseerd is op een I2C-bus gebruikt 2 connectoren van het type RJ45 (J1 & J2).
Een groene led duidt de aanwezigheid aan van spanning op de I2C-bus die afkomstig is van de kaart KP01
(LD17).
2.3 Logische ingangen
Elke ingang laat een maximum stroom toe van 10 mA bij een spanning van 10V.
De aansluiting gebeurt door middel van 2 loskoppelbare 12-punts connectoren met een pitch van 3.81 mm
(JEL1 & JEL2). Er is een gemeenschappelijk punt voor 2 ingangen. De bedrading van een toerusting van de
machine op een logische ingang kan worden uitgevoerd met een niet-afgeschermde kabel. Voor de aansluiting
op de klemmen die ter beschikking staan van de klant, is echter wel een afgeschermde kabel vereist.
De status van elk van de 16 ingangen wordt gevisualiseerd door een gele led (LD1 tot LD16).
3. CONFIGURATIE VAN DE ADRESSERING (SW1)
De mogelijke adresnummers zijn 1, 2 of 3. Twee kaarten KP03 die op dezelfde KP01 aangesloten zijn, mogen
niet hetzelfde adres hebben.
Voor elk adres staat de juiste stand van de schakelaar aangeduid op de kaart.
Gebruikershandleiding van de CLIMATIC II™ voor vloeistofkoelers
-
87 -
Réf. CLIMATIC CHILLERS-V2.4-03-2001 / Dutch

Advertenties

loading