2.8 Koppelingsverbinding inter-KP01
De kaarten KP01 communiceren onderling via een asynchrone seriële verbinding die 3 signale gebruikt:
. Zenden / ontvangen
. Referentiemassa
. Voeding
De verschillende kaarten KP01 worden aan elkaar gekoppeld door middel van loskoppelbare 3-punts
connectoren met een pitch van 3.81 mm. Een gele knipperende led duidt op een correcte dialoog tussen de
kaarten KP01 (LD4).
2.9 Seriële verbinding
Elke kaart KP01 heeft 2 communicatiepoorten die respectievelijk COM B en COM C worden genoemd. Op de
COM B kunnen een grafische console KP07, een microcomputer of een GTC worden aangesloten. De poort
COM C is dan weer uitsluitend voorzien voor een verbinding met een numerieke console KP02 of een grafische
console KP07 (de selectie van het type console gebeurt met de microschakelaar nr. 8 op SW1).
De seriële verbinding van het asynchrone type gebruikt de 4 volgende signalen :
. TXD : overseinen van de climatic-gegevens
. RXD : de climatic-gegevens ontvangen
. GND : referentiemassa van de 2 signalen TXD en RXD
. Voeding
De kenmerken van de verbinding van de COM B zijn :
. De communicatiesnelheid kan worden geconfigureerd via een interface JBUS : 4800 (standaard), 2400 of 1200
bauds
. Pariteit : onpaar
. Formaat van de gegevens : 8 bits
. Aantal stopbits : 1
De aansluiting op de 2 COM-poorten gebeurt door middel van een loskoppelbare 4-punts connector met een
pitch van 3.81 mm (J14 / J15). Elke poort is voorzien van een gele led die knippert wanneer de dialoog tussen
de KP01 en het aangesloten mechanisme correct verloopt (LD6 voor COM B / LD5 voor COM C).
N.B. : Voor de aansluiting van een PC op een KP01 is een RS232 vereist. Zo moet ook de dialoog tussen een
Climatic en een GTC via een interface JBUS KP06 gebeuren.
3. CONFIGURATIE
3.1 Batterij (schakelaar SW4) :
Wanneer de kaart in werking is, moet de schakelaar SW4 in de bedrijfsstand (T) staan, zodat de gegevens
worden geback-upt. Tijdens de periodes van opslag of herstelling is het aan te raden om de batterij in de
ruststand ® te zetten. Zo wordt voorkomen dat zij nutteloos leeg raakt.
Attentie, de klok werkt niet indien de batterij niet in de bedrijfsstand werd gezet.
CLIMATIC-KAART
Gebruikershandleiding van de CLIMATIC II™ voor vloeistofkoelers
Réf. CLIMATIC CHILLERS-V2.4-03-2001 / Dutch
Ø Ø
KP01
-
84 -