U kunt het peil in de cellen bijhouden met gedestilleerd
of gedemineraliseerd water. Vul de cellen niet hoger
dan de onderkant van de sleufring in elke cel.
Houd de bovenkant van de accu schoon door deze af
en toe te reinigen met een borstel die in een oplossing
van ammoniak of natriumbicarbonaat is gedompeld.
Spoel de bovenkant na het reinigen af met water.
Verwijder nooit de vuldoppen als u de accu reinigt.
De accukabels moeten stevig op de accupolen zitten
zodat ze goed contact maken.
WAARSCHUWING
Als accukabels verkeerd worden verbonden,
kan dit schade aan de machine en de kabels
tot gevolg hebben en vonken veroorzaken.
Hierdoor kunnen accugassen tot ontploffing
komen en lichamelijk letsel veroorzaken.
• Maak altijd de minkabel (zwart) van de accu
los voordat u de pluskabel (rood) losmaakt.
• Sluit altijd de pluskabel (rood) van de accu
aan voordat u de minkabel (zwart) aansluit.
Als er op de accupolen corrosie ontstaat, moet u
de kabels losmaken, de minkabel (-) eerst, en de
klemmen en polen afzonderlijk schoonkrabben. Zet
de kabels vast, de plus (+) kabel eerst, en smeer de
accupolen in met vaseline.
De zekeringen vinden
De zekeringen van het elektrische systeem bevinden
zich onder de bestuurdersstoel
(Figuur
31).
1. Start/lopen, Diagnostische
lampjes en gloeibougie –
7,5 A
2. Messenkooi inschakelen,
omhoog/omlaag, ventilator
– 7,5 A
3. Messenkooi omhoog,
e-messenkooi inschakelen
en oververhitting – 7,5 A
4. Geen zekering
33
Figuur 31
5. Lichten en lekdetector –
15 A
6. Starter – 15 A
7. Lopen – 10 A
8. ECM logic en voeding –
2 A
g195277