Model RFT9739 transmitters
Model RFT9739D/E naar DT sensor met aansluitdoos
Module niet geïnstalleerd
Aarding
10
apparatuur
Externe aarding apparatuur
Om potentiaalvereffening te realiseren, moet
de aardklem van de transmitter worden
verbonden met de juiste aardklem binnen de
explosiegevaarlijke zone, met gebruikmaking
van een potentiaalvereffeningsleiding.
Voedingsklemmen
85–250
VAC
12–30
VDC
VOORZICHTIG: De voedingsspanning moet
overeenkomen met de genoemde spanning.
Voor installatie in explosiegevaarlijke zone
EExd [ib] IIC T6
(RFT9739E met drukvaste kabelwartels)
Wanneer de omgevingstemperatuur lager is
dan –20 °C, moeten kabel en kabelingangen
of leidingingangen geschikt voor deze conditie
worden gebruikt.
Om ontbranding van explosiegevaarlijke
atmosferen te voorkomen, moet de apparatuur
worden losgekoppeld van de voeding voordat
u behuizing opent. Houd de behuizing stevig
gesloten als er spanning op de schakelingen
staat.
Als de transmitter wordt aangesloten via gecertificeerde leidingingangen, moeten de
bijbehorende explosiebeveiligingen (stopping boxes) direct op de behuizing worden
aangebracht. De transmitter mag alleen worden geïnstalleerd binnen de beoogde
explosiegevaarlijke zone met behulp van metalen kabelingangen (met 3/4"–14 NPT
draad) en voor behuizingen > 2000 cm
Ongebruikte invoergaten moeten worden afgedicht met pluggen met EEx d II C
classificatie en certificatie van een bevoegd testcentrum.
Explosiegevaarlijke zone
EEx ib II B
60
30
Aarding
apparatuur
Intrinsiek veilige
klemmen
28
29
50/60 HZ
L
N
+
–
3
en certificatie van een bevoegd testcentrum.
De bedrading van de DT sensor moet worden aangesloten op de intrinsiek
veilige kabel via een door de klant te leveren klemmenblok en aansluitdoos.
Aardpunt
Bedrading
DT sensor
11
Aarding
I.S. zener
barrière
12
9 7 5 3 1
8 6 4 2 0
Let op: Maak de RFT9739
9-draads
transmitterkabel gereed volgens
I.S.
de met de sensor meegeleverde
kabel
instructies.
OF
Maximale
9-draads
kabellengte
I.S. kabel
300 m
DT sensor
Bedrading op 9-draads I.S. kabel
Sensor-draadnr.
Draadkleur I.S. kabel
1
Bruin
2
Rood
3
Oranje
4
Geel
5
Groen
6
Blauw
7
Violet
8
Grijs
9
MODELLEN
DT65, DT100, DT150
Het niet-intrinsiek veilige deel van
de transmitter mag alleen worden
aangesloten op instrumenten
waarop geen hogere spanning
staat dan 250 V.
Module verwijderd
uit behuizing
Voor installatie in veilige zone:
[EExib] II C
(RFT9739D zonder drukvaste
kabelwartels)
(RFT9739E zonder drukvaste
kabelwartels)
Voor installatie buiten de
explosiegevaarlijke zone mag
men niet-drukvaste fittingen voor
kabelingangen gebruiken.
Speciale voorwaarden voor
veilig gebruik:
Voor sensortypes DT065, DT100
en DT150 geldt het volgende:
De minimale temperatuur van het
medium is +32 °C.
Aansluiting Micro Motion
massaflowmeter systeem
voor intrinsiek veilige
werking.
Elektronica: RFT9739D of E
Wit
Sensor: DT
EB-20000800 rev. B
ATEX installatietekeningen