<Speciale gemeenschap>/<Communitynaam 1>/<Communitynaam 2>
Om de geselecteerde community te gebruiken, drukt u op <Aan>. Wanneer u de community niet wilt
gebruiken, drukt u op <Uit>.
<MIB toegangspermissie>
Voor elke community selecteert u MIB-toegangsbevoegdheden uit <Lezen/Schrijven> of <Alleen
lezen>.
<Communitynaam>
Voer met de alfanumerieke tekens een communitynaam in waartoe u behoort. Als u <Stel speciale
community in> selecteert, kunt u geen exclusieve communitynaam instellen.
4
Druk op <OK>.
4
Stel SNMPv3 in.
1
Druk op <Aan> in <SNMPv3 gebruiken>.
●
Als u SNMPv3 niet gebruikt, drukt u op <Uit>.
2
Druk op <Administrator instellingen>.
3
Geef de noodzakelijke instellingen op en druk op <OK>.
<Gebruik beheerder>
Als u Beheerder gebruikt, schakelt u <Aan> in.
<Encryptiewachtwoord>
Als u een wachtwoord gebruikt die afwijkt van dat voor verificatie, maakt u de selectie van <Gebruik
zelfde wachtwoord als voor verificatie> ongedaan, drukt u op <Encryptiewachtwoord> en voert u het
wachtwoord in.
●
Als "Beheerder" is uitgeschakeld, kunt u <Administrator instellingen> niet instellen (de instelling van
<Gebruik beheerder> is vastgesteld op <Uit>).
4
Druk op <Gebruikersinstellingen>
5
Voer de benodigde gegevens in.
Instellen
<Registreren>.
64