Mogelijke klepaansluitvarianten
a) Tweeleidingsysteem
met ON/OFF-aansturing
L
N
Verwarmen/koelen
d) Vierleidingsysteem met
continue 0...10 V-aansturing
Sc
Sc
L
N
Verwarmen/koelen
g) Besturing ventilator
met 0..10 V (EC-motor).
S 0..10V
GND
ECM
L
N
Verwarmen
Legenda
ECM
EC-ventilatormotor
M
ventilatormotor
Sc
aansturing klepmodule/servomotor
(zie ook aansluitvarianten)
AANWIJZING
Het meten van een spanning bij
de klepuitgangen (klem
is alleen met een aangesloten last
(klep) mogelijk (TRIAC-uitgang)!
LET OP
!
Bij het negeren van
de aanwijzingen hiernaast, kan
de regelaar worden beschadigd!
a) Tweeleidingsysteem
met 0...10 V-aansturing
Sc
L
N
Verwarmen/koelen
e) Systeem met verwarmingsregister
en ON/OFF-aansturing
L
N
Verwarmen/koelen
h) Besturing drietraps
ventilator
1
2
3
M
L
N
Verwarmen
9 en 10)
a) Vierleidingsysteem
met ON/OFF-aansturing
L
N
Verwarmen/koelen
f) Systeem met verwarmingsregister
en continue 0...10 V-aansturing
L
N
Verwarmen/koelen
LET OP
Bij gebruik van een vrijgavecontact
CF moet rekening worden
gehouden met bepaalde
veiligheidsbeperkingen. Hiervoor het
betreffende hoofdstuk opvolgen.
LET OP
!
De regelaar mag maximaal met
10 PWN-apparaten worden gebruikt.
Sc
21