Fotofuncties gebruiken
Naast de vele verschillende fotostanden beschikt
de camera ook over functies die de expressiviteit
en de opnameopties voor de fotograaf verruimen.
Gebruik van de optische zoom
Met de zoomknop kunt u het opnamebereik
aanpassen.
Op de groothoekknop
(W) drukken
P
12
M
4
N
IN
ORM
Zoombalk
Optische zoom: 7× / digitale zoom: 5×
Het gebruik van [IMAGE STABILIZER]
(stilstaande beelden) / [DIS MOVIE MODE]
(videobeelden) (Blz. 28) is aan te bevelen als
u foto's maakt met de telezoom.
Grotere beelden maken zonder
beeldkwaliteit te verliezen
[FINE ZOOM] (Blz. 27)
Grotere beelden maken
[DIGITAL ZOOM] (Blz. 27)
Het uitzicht van de zoombalk geeft de status
van de fijne zoom/digitale zoom aan.
Als de optische
zoom wordt
gebruikt
Optisch zoombereik
Als de fijne
zoom wordt
gebruikt
Als de digitale
zoom wordt
gebruikt
Op de teleknop (T)
drukken
P
12
M
4
N
IN
ORM
Fijn
zoombereik
Digitaal
zoombereik
Gebruik van de flitser
De flitserfuncties kunnen worden gekozen
overeenkomstig de lichtomstandigheden,
zodat het gewenste beeld wordt verkregen.
1
Druk op de knop #.
2
Gebruik mn om de optie te selecteren
en druk op de knop E om in te
stellen.
Functie
Bij weinig licht of tegenlicht ontsteekt
FLASH AUTO
de flitser automatisch.
Inleidende flitsen worden gebruikt om
REDEYE
rode ogen in uw foto's te voorkomen.
De flitser ontsteekt altijd, ongeacht
FILL IN
het beschikbare licht.
FLASH OFF
De flitser ontsteekt niet.
P
AUTO
SET
OK
OK
FLASH AUTO
AUTO
!
$
#
Beschrijving
NL
19