INSTALLATIE-
Vraag de leverancier of een bevoegde monteur om de unit te installeren. Als u het apparaat zelf
●
installeert, kan dit waterlekkage, kortsluiting of brand tot gevolg hebben.
HANDLEIDING
Volg tijdens de installatie de instructies in de installatiehandleiding. Onjuiste installatie kan lekkage,
●
elektrische schokken of brand veroorzaken.
Zorg dat de units worden gemonteerd op locaties die sterk genoeg zijn om het gewicht van de units te
●
dragen. Als dat niet het geval is, kan de unit vallen en gevaar opleveren.
Houd u voor het uitvoeren van de elektrische werkzaamheden aan de regels en voorschriften voor de
●
elektrische installatie en aan de methoden die in de installatiehandleiding worden beschreven. Gebruik
elektriciteitskabels die formeel zijn goedgekeurd in uw land. Gebruik het aangegeven aansluitschema.
Ondeugdelijk werk en het gebruik van kabels van slechte kwaliteit kunnen kortsluiting en brand veroorzaken.
Gebruik de aangegeven kabel om de binnen- en buitenunit met elkaar te verbinden. Controleer of
●
de verbindingen stevig vastzitten nadat de geleiders van de draad in de aansluitingen zijn bevestigd,
zodat geen externe druk wordt uitgeoefend op de buisverbinding van het aansluitpaneel. Een onjuiste
TWEEDELIGE AIRCONDITIONING
bevestiging en losse contacten kunnen leiden tot oververhitting en brand.
BINNENUNIT
Gebruik de aangegeven onderdelen voor de installatie. Anders kunnen de units vallen of kunnen
●
RAF-XJ25QHAE
lekkage, elektrische schokken of brand het gevolg zijn.
RAF-XJ35QHAE
Gebruik de leidingen die voor R410A, R32 zijn gespecificeerd. Het gebruik van andere leidingen kan
●
RAF-XJ50QHAE
defecten aan de koperen leidingen of storingen tot gevolg hebben.
Zorg ervoor dat wanneer u een airco installeert of naar een andere locatie verplaatst, er geen andere
●
NL INSTRUCTIEHANDLEIDING
lucht in de koelcyclus terechtkomt dan het aangegeven koelmiddel (R410A, R32). Als er toch lucht in
ALLEEN VOOR
het koelcircuit komt, kan de druk abnormaal hoog worden en kunnen er scheuren ontstaan in de unit,
met mogelijk letsel als gevolg.
ONDERHOUDSPERSONEEL
Zorg tijdens het werk voor voldoende ventilatie voor het geval koelgas weglekt. Als koelgas in contact
●
komt met vuur, kan een giftig gas ontstaan.
● Neem de installatieprocedures aandachtig
Controleer na het voltooien van de installatie of er geen koelgas weglekt. Als koelgas in de ruimte lekt
●
door voordat u met de installatie begint.
en in contact komt met vuur in het verwarmingsgedeelte of in de verwarming van de ruimte, kan een
● De leverancier moet klanten op de hoogte
giftig gas ontstaan.
stellen van de juiste installatiemethode.
Niet toegestane wijzigingen in de airconditioning kunnen gevaarlijk zijn. Als de unit uitvalt, moet
●
● Raadpleeg voor uitleg over de buitenunit
u contact opnemen met een bevoegde airconditioningmonteur of elektricien. Onjuiste reparaties
het gedeelte 'Hoe te gebruiken' van de
kunnen leiden tot lekkage, elektrische schokken en brand, enz.
instructiehandleiding die met de buitenunit is
meegeleverd.
Verbind de aardleiding van de voedingskabel met de buitenunit én verbind de buiten- en
●
binnenunit ook met een aardleiding. Plaats de aardleiding niet vlakbij water- of gasleidingen,
Benodigd gereedschap voor installatie
bliksemafleiders of de aardleiding van de telefoon. Een slechte aarding kan elektrische
(Aanduiding
is speciaal gereedschap voor
schokken veroorzaken.
R410A, R32)
Zet na het verzamelen van koelmiddel (wegpompen) de compressor uit en verwijder dan de koelleiding.
●
●
Schroevendraaier ● Meetlint ● Mes
Wanneer de leiding wordt losgekoppeld met een draaiende compressor en het onderhoudsventiel
● Zaag ● ø 65 mm boor ● Inbussleutel
wordt opengedraaid, wordt er lucht naar binnen gezogen en loopt de druk in het koelsysteem snel op,
(
4 mm) ● Moersleutel (14, 17, 22, 26,
met ontploffing en letsel tot gevolg.
27 mm)
Gaslekdetector ● Pijpsnijder ● Kit
Sluit bij installatie de koelleiding aan voordat de compressor wordt aangezet. Wanneer de leiding
●
● Vinyltape ● Buigtang ● Flensgereedschap
niet is aangesloten bij een draaiende compressor en het onderhoudsventiel wordt opengedraaid,
Vacuümpompadapter
Ventielblok
Vulslang
wordt er lucht naar binnen gezogen en loopt de druk in het koelsysteem snel op, met mogelijk
Vacuümpomp
ontploffing en letsel tot gevolg.
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
● Neem de veiligheidsmaatregelen aandachtig door voordat u de unit gebruikt.
● De inhoud van dit gedeelte is cruciaal voor de veiligheid. Let met name op de volgende symbolen:
WAARSCHUWING ....... Een onjuiste installatiemethode kan ernstige of fatale verwondingen tot gevolg hebben.
LET OP ......................... Een onjuiste installatie kan ernstige gevolgen hebben.
Vergeet niet de aardleiding aan te sluiten.
Dit symbool in de afbeeldingen geeft een verbod aan.
Controleer na de installatie of het apparaat correct werkt. Leg aan de klant uit hoe de unit op de juiste manier moet
worden bediend en onderhouden, zoals wordt beschreven in de gebruikshandleiding. Vraag de klant om deze
installatiehandleiding samen met de instructiehandleiding te bewaren.
Koelen en verwarmen
EE0019567D rev. 0-10/2023
LET OP
• Er moet een stroomonderbreker in de meterkast worden geïnstalleerd voor de rechtstreeks aangesloten
voedingskabels aan de buitenunit. Bij meerdere installaties moet een hoofdschakelaar met een contactopening
van meer dan 3 mm worden geïnstalleerd. Zonder onderbreker bestaat er kans op schokken.
• Plaats de unit niet dicht bij een locatie met ontvlambaar gas. De buitenunit kan in brand vliegen als
deze in aanraking komt met ontvlambaar gas.
• Controleer of het water goed doorstroomt wanneer u de afvoerslang installeert. Bij ondeugdelijke installatie kan
uw meubilair nat worden.
• Gebruik een IEC-goedgekeurde elektriciteitskabel. Type elektriciteitskabel: NYM.
DE KEUZE VAN DE INSTALLATIELOCATIE
(Houd rekening met de onderstaande waarschuwingen en vraag voorafgaand aan de installatie toestemming
van de klant.)
WAARSCHUWING
• Installeer het apparaat op een stabiele, trillingsvrije locatie waar de unit voldoende steun heeft.
• Pas elektriciteitskabels niet aan en voeg er geen toe. Gebruik een aparte stroomonderbreker. Als u dit niet doet,
kan dit leiden tot brand of een elektrische schok door contactverbreking, kortsluiting of overbelasting.
• Zorg ervoor dat de kabels goed met de aansluitingen verbonden zijn en dat de afdekking goed sluit. Anders kan
dit oververhitting bij het aansluitpunt, brand of een elektrische schok veroorzaken.
• Zorg ervoor dat er geen stof op de aangesloten punten van elektrische kabels zit en maak ze stevig vast.
Anders kan er brand of een elektrische schok ontstaan.
LET OP
• Er mogen zich geen warmtebronnen of obstakels in de buurt van de luchtuitlaat bevinden.
• De afstanden voor vrije ruimte aan de boven-, rechter- en linkerkant worden in de onderstaande afbeelding
weergegeven.
• De locatie moet geschikt zijn voor waterafvoer en een leiding naar de buitenunit.
• Om ruisinterferentie te voorkomen, plaatst u de binnenunit en de afstandsbediening op een afstand van ten
minste 1 m van radio en televisie.
• Om fouten in de signaaloverdracht van de afstandsbediening te voorkomen, plaatst u de afstandsbediening op
grote afstand van hogefrequentie-apparaten en draadloze systemen met een hoog vermogen.
[Installatie binnenunit]
Richting van buizen
De leidingconfiguratie kan in drie
verschillende richtingen plaatsvinden:
(Bijvoorbeeld: Wandinstallatie)
directe leidingen aan de achterkant,
leidingen naar rechts naar beneden
en leidingen opzij naar rechts.
Meer dan 200 mm
Dicht het gat helemaal
af met kit.
Bus
11
De buizen van de binnenunit
moeten worden geïsoleerd met
Afvoerbuis
het bijgeleverde isolatiemateriaal.
Moet afzonderlijk worden
(Als de meegeleverde isolatie
geïnstalleerd. Isoleer het
onvoldoende is, koopt u extra
gedeelte van de buis dat zich
isolatiemateriaal.)
binnen bevindt om condens
te voorkomen.
WAARSCHUWING
Open de volledige versie van de
gebruikersinstallatiehandleiding
door de code te scannen.
Nr.
Element
Flensisolatie
Kabelbinder
Schroef ter voorkoming
van kantelen
(4,1 × 32)
Houder
afstandsbediening
Schroef voor houder
van afstandsbediening
5
(3,1 × 16)
AAA-batterij
6
Afstandsbediening
7
Isolatie
8
(t3 × 160 × 600)
Schroef ter voorkoming
van kantelen
9
(4,0 × 34)
Plug
Isolatie
10
(20 × 30 × 300)
Bus
Meer dan 150 mm
11
14
Blad
Meer dan 100 mm
12
Blad
12
Luchtzuiveringsfilter
13
Bij montage aan een muur
Ophanging
(tot 150~500 mm vanaf het vloeroppervlak)
14
1. Installatie van gat door muur en installatie van beschermbuis
1.1 Gatpositie
Maak een gat in de muur, zoals
●
hieronder weergegeven, voor
een soepele stroming van het
condenswater.
1.2 Gat door de muur en installatie van beschermbuis
Boor in de muur een gat van ø 65 mm dat licht afloopt
●
richting de buitenzijde. Boor onder een kleine hoek.
Snijd de beschermingsbuis op de maat van de muurdikte.
●
De ruimte in de mof van de beschermingsbuis moet
●
volledig worden gedicht met kit om te voorkomen dat
regenwater naar binnen druppelt.
2. Installatie van de binnenunit
2.1 De voorklep verwijderen
Raadpleeg de sectie voor meer informatie.
Verwijderen en installeren van
Als de plint 5~15 mm dik en
●
de voorklep
115 mm of minder hoog is,
knipt u de buisdoorvoer af
Schroef (3 stuks)
zodat deze gelijkloopt met
de plint.
Schroef (3 stuks)
Schroef (2 stuks)
2.2 Afvoerbuis
● Zorg ervoor dat de afvoerleiding naar beneden afloopt, zodat de afvoer soepel stroomt en niet in het midden vast komt te zitten.
● De afvoerslang (buitendiameter aansluitpoort: 16 mm of 20 mm, lengte: 500 mm) is inbegrepen in de binnenunit. Bereid een afvoerleiding
voor zoals weergegeven in de volgende afbeelding.
● Om condensatie te voorkomen, moet de afvoerleiding binnenshuis worden afgedekt met warmte-isolatiemateriaal met een dikte van
meer dan 10 mm.
● Nadat de leidingen zijn voltooid, controleert u of de afvoer soepel verloopt. Sluit de afvoerleiding goed af met tape om vuil buiten te
houden.
Vooraanzicht
Afvoerslang
(Eenheid: mm)
96
2.3 De leiding op de binnenunit aansluiten
Trek de leidingen door het gat in de muur of de vloer naar binnen.
●
Leg de leiding zoals hieronder getoond. In het geval dat grote pijp en kleine
●
Aantal
pijp geschikt zijn om voor en achter te maken.
De buizen van de binnenunit moeten worden geïsoleerd met het bijgeleverde
●
1
isolatiemateriaal.
De buis moet eerst langer worden afgesneden dan de hieronder
●
weergegeven lengte.
Bij het aansluiten van de leiding moet het overtollige gedeelte van de leiding
2
●
worden afgesneden.
Als u een gat in de
●
Als u een gat in de muur maakt.
8
●
vloer maakt.
Vóór het leidingwerk.
meer dan
270
1
Vloer
2
Verwijder de LEIDINGSTEUN.
●
Steek de afvoerslang in het gat in de muur.
●
Isolatiebuis voor afvoerslang opwikkelen en op 4 of 5 plaatsen vastplakken.
●
2
Sluit de leiding aan op de binnenunit.
●
Nadat de leidingaansluiting is voltooid, dekt u de connector af met de isolatie.
●
Sluit het snoer aan (volg de instructies in hoofdstuk "5. De aansluitkabel aansluiten" op de achterzijde van dit blad).
●
1
1
LEIDINGSTEUN
2
Omdat er wat ruimte zit tussen de LEIDINGSTEUN en de leiding,
●
moet u de isolatie aanbrengen
aan de LEIDINGSTEUN.
Breng de isolatie aan, zoals weergegeven in de afbeelding rechts
1
aan de LEIDINGSTEUN om deze vast te zetten.
Nadat u de leidingen en het verbindingssnoer hebt aangesloten,
●
moet u de LEIDINGSTEUN stevig vastschroeven en de leidingen
en het verbindingssnoer bevestigen.
3
Plaats de gemakkelijk te bevestigen zijde van LEIDINGSTEUN
●
(nadat u deze op één lijn hebt gebracht met de leiding) naar de
voorkant gericht en zet deze vast met een schroef. (Installeer de
LEIDINGSTEUN om te voorkomen dat knaagdieren de binnenunit
3
binnendringen.)
Om te voorkomen dat de leidingconnector in contact komt met de
●
voorklep, drukt u de connector zo ver mogelijk in.
2
Leg het aansluitsnoer, de leidingen en de afvoerslang netjes op
●
een rij en berg ze op in het onderste gedeelte van de achterkant
van de binnenunit.
1
Leidingindeling aan de achterkant van de unit
Achterkant binnenunit
Aansluitkabel
Leiding
Isolatie
Gatpositie
Als u een gat in de muur maakt.
Als u een gat in de vloer maakt.
Afvoerslang moet
lager komen dan
midden van het gat.
55 mm
Binnen
Buiten
Als er een plint is
Voor zijwaartse leidingen
Voor rechtszijdige leidingen
●
snijdt u de bus van de
standaard af met een plastic
mes of iets dergelijks en
gebruikt u een vijl voor een
mooie afwerking.
Plint
Kast
Bus (2 stuks
aan elke
kant)
5
5
5
5
15
15
15
15
Rechter zijaanzicht
Zorg ervoor dat de afvoerslang
naar beneden afloopt.
Verbindingsgedeelte
Afvoerleiding (lokaal aan te schaffen)
88
WAARSCHUWING
Bij zijdelingse leidingen mag u de afvoerslang niet zijwaarts
installeren. Sluit de afvoerslang zo aan dat deze er direct
uitkomt.
Als u de afvoerslang zijdelings installeert, voorkomt u dat
deze naar beneden afloopt, waardoor waterlekkage
ontstaat. Zorg ervoor dat u de afvoerslang onder de leiding
door leidt om nadruppelen te voorkomen.
Zijwaartse leidingen.
●
Na het leidingwerk.
Bovenaanzicht
Vooraanzicht
Kleine leiding
Grote leiding
Muur
Vloer
Wikkel isolatiemateriaal
Kabelbinder
rondom de flens en zet
Flensisolatie
de onder- en bovenkant
vast met een binder.
Wikkel tape strak om de
Kabelbinder
flensisolatie.
Leiding
Isolatie
LEIDINGSTEUN
Bij montage van de flensisolatie
moet u ruimte laten tussen de isolatie
en de linkerkant van het harsgedeelte.
Anders kan er water druppelen.
Haak het lipje van
de LEIDINGSTEUN
in het vierkante gat.
Schroeven
LEIDINGSTEUN
Monteer de LEIDINGSTEUN zo dat het cilindrische gedeelte van de
afvoerbak door het gat gaat en zet deze vast met schroeven in de
rechterachterhoek.
Indeling leiding/afvoerslang bij doorvoer door gat in de muur
Aansluitkabel
Leiding
Isolatie
Afvoerslang
65 mm
LET OP
Zorg dat de kabel niet in contact
komt met metaal in de muur.
Gebruik de beschermbuis om de
kabel door het holle gedeelte van
de muur te geleiden om schade
door muizen te voorkomen.
Voor vloerleidingen
Voor vloerleidingen snijdt
●
u de bus van de voorklep
door met een plastic mes of
iets dergelijks en gebruikt
u een vijl voor een mooie
afwerking.
Kast
Bus voorklep
(Eenheid: mm)
Rechter zijaanzicht
LET OP