ALLEEN VOOR ONDERHOUDSPERSONEEL
TWEEDELIGE AIRCONDITIONING
INSTALLATIEHANDLEIDING
Buitenkast
RAM-53NP2B
VEILIGHEIDSMAATREGELEN
Neem de veiligheidsmaatregelen aandachtig door voordat u de kast gebruikt.
●
De inhoud van dit gedeelte is cruciaal voor de veiligheid. Let met name op de volgende symbolen.
●
!
WAARSCHUWING ....... Een onjuiste installatiemethode kan ernstige of fatale verwondingen tot
gevolg hebben.
!
LET OP ....... Een onjuiste installatie kan ernstige gevolgen hebben.
Vergeet niet de aardleiding aan te sluiten.
Dit symbool in de tekeningen geeft een verbod aan.
Controleer na de installatie of het apparaat correct werkt. Leg aan de klant uit hoe het apparaat op de juiste manier
wordt bediend, zoals wordt beschreven in de gebruikshandleiding.
WAARSCHUWING
!
Laat de leverancier of een bevoegde monteur het apparaat installeren. Waterlekkage, kortsluiting of brand kunnen het gevolg
●
zijn wanneer u zelf de kast installeert.
Volg tijdens het installeren de instructies in de installatiehandleiding. Onjuiste installatie kan lekkage, elektrische schokken
●
of brand veroorzaken.
Zorg dat de kasten worden gemonteerd op locaties die sterk genoeg zijn om het gewicht van de kasten te dragen. Als dat
●
niet het geval is, kan de kast vallen en gevaar opleveren.
Houd u aan de regels en voorschriften voor de elektrische installatie en aan de methoden die in de installatiehandleiding
●
worden beschreven voor het uitvoeren van de elektrische werkzaamheden. Gebruik stroomkabels die door de bevoegde
instanties van uw land zijn goedgekeurd.
Gebruik de aangegeven kabel om de binnen- en buitenkasten met elkaar te verbinden. Controleer of de verbindingen stevig
●
vastzitten nadat de geleiders van de draad in de klemmen zijn bevestigd. Een onjuiste bevestiging en losse contacten kunnen
leiden tot oververhitting en brand.
Gebruik de aangegeven onderdelen voor de installatie. Anders kunnen de kasten vallen of kunnen lekkage, elektrische
●
schokken of brand het gevolg zijn.
Gebruik de leidingen die voor R-410A zijn gespecifi ceerd. Anders loopt u het risico van defecte koperen leidingen of storingen.
●
Wanneer u een airconditioning installeert of verwijdert, is alleen het aangegeven koelmiddel (R410A) toegestaan. Zorg dat
●
er geen lucht of vocht in de koelcyclus achterblijft. Zo niet, dan kan de druk in de koelcyclus abnormaal hoog worden en
kan een breuk ontstaan.
Zorg voor voldoende ventilatie als tijdens het werk koelmiddel weglekt. Als koelmiddel in contact komt met vuur, kan een
●
giftig gas ontstaan.
Controleer na het voltooien van de installatie of er geen koelmiddel weglekt. Als koelgas in de ruimte lekt en in contact komt
●
met vuur in het verwarmingsgedeelte of in de verwarming van de ruimte, kan een giftig gas ontstaan.
Niet toegestane wijzigingen in de airconditioning kunnen gevaarlijk zijn. Als de kast uitvalt, moet u contact opnemen met
●
een bevoegde airconditioningmonteur of elektricien. Onjuiste reparaties kunnen leiden tot lekkage, elektrische schokken en
brand, enzovoort.
Verbind de aardedraad van de voedingskabel met de buitenkast én verbind de buiten- en de binnenkast ook met een
●
aardedraad. Een slechte aarding kan elektrische schokken veroorzaken.
Er moet een afzonderlijke groep in de zekeringkast worden geïnstalleerd voor de voeding van de buitenkast. Bij een
●
andere installatiewijze moet een hoofdschakelaar met een contactopening van meer dan 3,5 mm zijn geïnstalleerd. Zonder
stroomonderbreker bestaat het gevaar van een elektrische schok.
Plaats de kast niet bij een locatie met ontvlambaar gas. De buitenkast kan in brand vliegen als deze in
●
aanraking komt met ontvlambaar gas.
Draai de wartelmoer met een momentsleutel vast met het aangegeven moment. Als de wartelmoer te hard wordt aangedraaid,
●
kan deze na verloop van tijd scheuren en lekkage van koelmiddel veroorzaken.
Zorg dat het water goed doorstroomt wanneer u de afvoerslang installeert.
●
Gebruik een IEC-goedgekeurde elektriciteitskabel. Type elektriciteitskabel: NYM.
●
DE KEUZE VAN DE STANDPLAATS
(Houd rekening met de onderstaande opmerkingen en zorg voor toestemming van de klant voor de installatie).
WAARSCHUWING
!
De buitenkast moet worden gemonteerd op een plaats die veel gewicht kan dragen. Anders nemen vibratie en geluid toe.
●
Stel het apparaat niet bloot aan regen of direct zonlicht. Zorg daarnaast ook voor een goede en onbelemmerde ventilatie.
●
De lucht die uit het apparaat komt, mag niet direct op planten of dieren zijn gericht.
●
De afstanden voor vrije ruimte aan de boven-, rechter- en linkerkant worden in de onderstaande afbeelding weergegeven.
●
Minstens drie van de zijden moeten vrij staan.
Zorg dat de warme lucht en het geluid van het apparaat de omgeving niet storen.
●
Plaats de kast niet bij een locatie met ontvlambaar gas.
●
De locatie moet geschikt zijn voor waterafvoer.
●
Plaats de buitenkast en de verbindingskabel minstens één meter verwijderd van een antenne of televisie-, radio- of telefoonkabel
●
om signaalruis te voorkomen.
Namen van onderdelen van de
Afbeelding met installatie van de buitenkast.
buitenkast
Hoogteverschil
Nr.
Onderdeel
Aantal
Bus
Het hoogteverschil tussen de binnenkasten
3
mag niet meer dan 5 m bedragen.
10
Afvoerbuis
11
1
Buitenkast
Bus
12
1
Afmetingen van het bevesti-
gingsframe voor de buitenkast
meer dan 200 mm
(eenheid: mm)
meer dan 50 mm
indien geïnstalleerd
bevestigingsframe
op dak of balkon
meer dan 100 mm
meer dan 700 mm
[Installatie van buitenkasten]
Plaats de buitenkast op een stabiele ondergrond om vibratie en
●
geluidstoename te voorkomen.
Bepaal de plaats voor leidingen nadat de verschillende types aanwezige
●
buis bekend zijn.
Flensadapter voor leidingen
LET OP
!
Of de fl ensadapter voor leidingen
Sluit maximaal twee
nodig is, is afhankelijk van de
●
combinatie van binnenkasten.
binnenunits aan.
ø 9,52 (3/8") ➝ ø 12,7 (1/2")
●
Onderdeelnummer TA261D-4 001
ø 6,35 (1/4")
Eén kast van 1,5 kW, 1,8 kW, 2,5 kW of
3,5 kW
ø 9,52 (3/8")
Eén kast van 1,5 kW, 1,8 kW, 2,5 kW,
ø 6,35 (1/4")
3,5 kW of 5,0 kW
(Kast van 5 kW: optionele fl ensadapter
ø 9,52 (3/8")
voor leidingen benodigd.)
Er kunnen maximaal twee binnenunits op de buitenunit worden
●
aangesloten, met een totaal nominaal koelvermogen van maximaal
8,5 kW.
De leidingaansluitpunten van de buitenkast en de te verbinden
●
binnenkasten zijn hierboven weergegeven.
<
>
IA1283: A
Neem de installatieprocedures aandachtig door
●
voordat u met de installatie begint.
De leverancier moet klanten op de hoogte stellen
●
van de juiste installatiewijze.
Vereist gereedschap voor installatie
(Aanduiding
is speciaal gereedschap voor R410A)
+ – Schroevendraaier
Rolmaat
●
●
ø 65 mm Boormachine
Inbussleutel (
●
●
Steek-/ringsleutel (14, 17, 22, 26 mm)
●
Pijpsnijder
Kit
Afdichttape
Tangen
●
●
●
●
Flensgereedschap
Vacuümpompadapter
●
Ventielverdeelblok
Vulslang
LET OP
!
LET OP
!
Leidinglengte
Binnenkast 1 Binnenkast 2
Binnenkast 2
Buitenkast
Binnenkast 1
(Binnen ±
20 m)
(L1 + L2) = Maximaal 35 m
Minimale leidinglengte voor iedere binnenkast is 3 m.
Maximale leidinglengte voor één binnenkast is 25 m.
Er hoeft geen extra koelmiddel te worden
toegevoegd.elke extra meter.
Verwijder het zijpaneel door aan de hendel te
●
trekken nadat u het haakje heeft losgemaakt
meer dan 100 mm
door dit naar beneden te trekken.
Laat zo veel
mogelijk ruimte vrij
Richt deze kant (aanzuigkant)
van de kast naar de muur.
meer dan 200 mm
AFVOER CONDENSWATER VOOR DE BUITENKAST
In de bodem van de buitenkast zitten drainagegaten voor
●
condenswater.
Om het condenswater weg te laten lopen, wordt de kast (zie
●
afbeelding) 100 mm boven de grond op een blok of frame
gemonteerd. Sluit de afvoer op een van de gaten aan.
Steek eerst een deel van de knie (deel A) door de bodem en
●
trek deze vervolgens in de richting van de pijl terwijl u de knie
door de bodem heen duwt. Controleer na het aanbrengen
of de afvoerbuis goed vast zit.
Bodem-
plaat
AFVOER-
BUS
BUIS
Voor gebruik en installatie in koude gebieden
Wanneer de airconditioner bij lage temperaturen of
omstandigheden met sneeuw wordt gebruikt, kan water van
de warmtewisselaar op de bodem bevriezen en de afvoer
blokkeren. Plaats de bussen niet als de airconditioner in zulke
gebieden wordt gebruikt. Houd een minimale afstand van 250
mm aan tussen het drainagegat en de grond. Raadpleeg de
leverancier voor meer informatie als u de afvoerpijp gebruikt.
Raadpleeg de installatie- en onderhoudshandleiding voor
meer informatie over koude gebieden.
Als u de koperen leidingen en isolatie ter plekke op maat wilt maken, raden wij het volgende aan.
Nr.
4,0 kW of
minder
1
Koperen
leiding
5,0 kW
Mes
Zaag
4,0 kW of
●
●
minder
4mm)
2
Wartelmoer
Gaslekmeter
5,0 kW
Vacuümpomp
3
Isolatie voor koelleiding
4
Verbindingskabel
5
PVC-tape
6
Afdichting (kit)
7
Koelolie
8
Mof voor koelleiding
1. Geschikte installatieplek
1.1 Buitenkast
(1) Laat rondom het apparaat voldoende ruimte over voor onderhoud en een goede ventilatie van het apparaat.
(2) De noord- of oostkant van een gebouw is het meest geschikt voor de installatie. Wanneer het apparaat aan de zuid- of westkant moet
worden geïnstalleerd, moet een scherm worden geplaatst. (In dat geval mag het scherm de ventilatie niet hinderen.)
(3) Het is beter het apparaat niet op een vieze, stoffi ge of niet tegen regen beschermde plek te plaatsen.
(4) Plaats zo dicht mogelijk bij de binnenkast.
(5) Plaats de kast op een stevige ondergrond om vibratie en geluid te minimaliseren.
(6) Fixeer de leidingen en bedrading na het aanleggen.
WAARSCHUWING
!
2.
Voor het elektrische gedeelte moet een onderbreker met een
contactopening van meer dan 3 mm zijn geïnstalleerd. Tijdens
schoonmaak of onderhoud moet deze schakelaar uitgezet worden.
3. Installatieprocedure en opmerkingen
De installatieplaats moet voor een tweedelige airconditioner met zorg
worden gekozen omdat deze na installatie moeilijk te verplaatsen is.
3.1 Bedrading
(1) Sluit de elektrische bedrading tussen de binnen- en buitenkast
aan volgens Fig. 3-1. Maak geen fout bij het aansluiten.
Wanneer het apparaat verkeerd is aangesloten, werkt dit niet goed
en dit kan storing veroorzaken.
(2) De verbindingskabel moet vastgezet worden met de kabelklem
naast het aansluitpaneel.
Procedures voor bedrading
Verbindingskabel
(4-aderig 1,5 mm
2
)
Schroef voor aarde
Aansluitpaneel
Voor binnenkast nr. 1
Groen/geel
Voedingskabel
2,5 mm
2
Het gestripte gedeelte van de draadkern moet 10 mm lang zijn en stevig worden bevestigd in de aansluitklem. Probeer de draad eruit te trekken
●
om te controleren of het contact stevig is. Bij onjuiste aansluiting kan de aansluitklem verbranden.
Gebruik alleen voedingskabels die door de bevoegde instanties van uw land zijn goedgekeurd. Bijvoorbeeld in Duitsland: kabeltype: NYM 3x1,5
●
mm
2
. (zekering = 16A, vertraagd)
Raadpleeg de installatiehandleiding voor het aansluiten van draden op de klemmen van de kasten. De bekabeling moet voldoen aan de normen
●
voor elektrische installatie.
Er is sprake van spanningsverlies tussen de aansluitklemmen L en N. Schakel daarom de hoofdschakelaar uit voordat er onderhoud wordt
●
uitgevoerd.
Bedrading van de buitenkast
Verwijder het zijpaneel voor de bedrading.
●
!
WAARSCHUWING
3.3 Elektriciteitsaanvoer en spanningsbereik controleren
Controleer voor installatie de voeding en breng de vereiste bedrading aan. Bepaal de juiste capaciteit van de kabels met de hieronder
●
vermelde draadvermogens voor aansluiting vanaf een pooltransformator en voor bedrading vanaf een schakeling in de zekeringkast naar
de hoofdschakelaar en naar de buitenunit. Houd daarbij rekening met de stroom van de geblokkeerde rotor.
BELANGRIJK
Voor (Voedingskabel - L, N, Aarde)
Kabeltype
Draaddoorsnede
3-aderig
Voor (Verbindingskabel - 1, 2, 3, Aarde)
Kabeltype
Draaddoorsnede
4-aderig
Verwijder het
Bind de verbindingskabels samen om ze
zijpaneel voor het
tussen de openingen te laten passen.
aansluiten van de
leidingen en kabels.
Trek omlaag
Aardepen (optioneel)
(Aardedraad en aardepen worden niet meegeleverd. Gebruik de onderstaande
BUS
optionele onderdelen.)
AFVOERBUIS
Controleer op de plaats van installatie de capaciteit en toestand van de elektriciteitsinstallatie.
●
Laat, afhankelijk van het model airconditioner, de klant de noodzakelijke elektrische voorzieningen
etc. aanbrengen.
Dit geldt tot en met een stopcontact voor aansluiting. In omgevingen waar de betrouwbaarheid van
het elektriciteitsnet laag is, wordt gebruik van een spanningsregelaar aanbevolen.
BELANGRIJK
Zekeringautomaat
20A
Materiaal
Pijp van zuurstofarm getemperd koper met een buitendiameter van 6,35 mm
Kleine diam.
en wanddikte van 0,8 mm.
Pijp van zuurstofarm getemperd koper met een buitendiameter van 9,52 mm
Grote diam.
en wanddikte van 1,0 mm.
Pijp van zuurstofarm getemperd koper met een buitendiameter van 6,35 mm
Kleine diam.
en wanddikte van 0,8 mm.
Pijp van zuurstofarm getemperd koper met een buitendiameter van 12,7 mm
Grote diam.
en wanddikte van 1,0 mm.
Kleine diam.
Wartelmoer met 6,35 mm buitendiameter
Grote diam.
Wartelmoer met 9,52 mm buitendiameter
Kleine diam.
Wartelmoer met 6,35 mm buitendiameter
Grote diam.
Wartelmoer met 12,7 mm buitendiameter
PE-isolatiebuis met schuimrubber die de koperen leiding niet aantast.
Pijpkant met grote diam.: 15 mm binnendiam., 8 mm wanddikte
●
Pijpkant met kleine diam.: 8 mm binnendiam., 7 mm wanddikte
●
Raadpleeg deel 3.3.
●
Dit apparaat moet geaard zijn.
De stroomtoevoer gaat via de buitenkast. Sluit de stroom niet aan op de binnenkast.
●
3.2 De verbindings- en voedingskabel aansluiten
(1) Knip en strip de verbindingskabel en de voedingskabel
(2) Sluit de voedings- en verbindingskabel aan op het
(3) Zet de verbindings- en voedingskabel met de metalen
Aansluitschema
Binnenkast
Binnenkast nr. 1
Binnenkast nr. 2
Schroef voor aarde
Schroef voor aarde
Aansluitpaneel
Aansluitpaneel
Groen/
Groen/
geel
geel
Aansluitpaneel
Aansluitpaneel
Schroef voor aarde
Schroef voor aarde
Voor binnenkast nr. 2
Buitenkast
Fig. 3-1
WAARSCHUWING
!
Als het zijpaneel niet past vanwege de aansluitkabel, duwt u de kabel in de richting van het voorpaneel
●
om dit te verhelpen.
Zorg dat de haakjes van het zijpaneel goed vastzitten. Zo niet, dan kan lekkend water kortsluiting of storing
●
veroorzaken.
De aansluitkabel mag het vulventiel en de leidingen niet raken. (Deze wordt heet tijdens het verwarmen.)
●
Sluit de verbindingskabel aan op Indoor 1 (1, 2, 3) voor binnenkast 1,
●
Indoor 2 (1, 2, 3) voor binnenkast 2.
2,5 mm
2
Kabellengte
2
1,5 mm
max. 25 m
Sluit de aardedraad aan
Verwijder de schroef en klem,
sluit de kabel aan en sluit de
klem weer met de schroef.
Fig. 3-3
Aardedraad
Type aardepen
Lengte
SP-EB-2
900 mm
Specifi caties
volgens Fig. 3-2.
aansluitpaneel. (Fig. 3-3)
kabelklemmen vast. (Fig. 3-3)
30 mm
Groen/geel (aarde)
10 mm
10 mm
55 mm
Voedingskabel
Afknippen voedingskabel (detail)
60 mm
Groen/geel (aarde)
10 mm
10 mm
85 mm
Verbindingskabel
Voor binnenkast nr. 1 (1, 2, 3)
en binnenkast nr. 2 (1, 2, 3)
Fig. 3-2
WAARSCHUWING
!
LET OP
!
Leg de stroomkabels dusdanig
dat het onderhoudsventiel niet
wordt geraakt.
!
LET OP
Opmerking:
Gebruik voor de
●
voedingskabel buiten
een fl exibele, met
polychloropreen beklede
kabel, niet lichter dan
aangegeven volgens 60245
IEC 57.