Bijkomende instellingen voor cascades met VC-toestellen:
- de cv-temperatuurregeling moet op max. worden ingesteld
- pompnalooptijd d.1 ="-„
- branderblokkeertijd d.2 = 5 min
- toerentalinstelwaarde d.14 op 5 (enkel bij VC exclusiv)
Systeemconfiguratie
HK 2
Mengcircuit
HK3
Vaste waarde
HK4
Retourverhoging
HK 5
gedeactiveerd
Systeemconfiguratie
Hier worden alle aangesloten cv-circuits volgens hun gebruik geconfigureerd. Door de configuratie worden
in de displays enkel nog de waarden en parameters vermeld die voor het gekozen cv-circuittype van
betekenis zijn.
De volgende instellingen zijn mogelijk:
- mengcircuit (vloer- of radiatorcircuit als mengcircuit),
- vaste waarde
- retourverhoging (bij conventionele warmtebronnen en installaties met grote watervolumes als
bescherming tegen corrosie in de cv-ketel door langere daling onder het dauwpunt)
- boilerlaadcircuit
- gedeactiveerd
(wanneer bij een mengmodule VR 60 het tweede cv-circuit niet nodig is)
- retourverhoging
Hierbij wordt het 3-wegmengcircuit in de retour van de ketel ingebouwd; de uitgang van de mengcircuitpomp
blijft niet-toegewezen (ketelcircuitpomp wordt via VR 31 aangestuurd). De voeler van het mengcircuit wordt
op de retour van de ketel aangebracht.
Bij toepassing van een retourtemperatuuractivatie doet de installatie geen warmtevraag aan de ketel – het
mengcircuit werkt zelfstandig.
(Opmerking: verdere parameters zoals bedrijfsmodus enz. vallen weg; het mengcircuit moet niet speciaal in
de adressering aan de ketel worden toegewezen).
C 10
instelbereik
Mengcircuit / vaste waarde /
Retourverhoging /
Boilercircuit / gedeactiveerd
fabrieksinstelling
Mengcircuit
Mengcircuit
Mengcircuit
Mengcircuit