Afb. 34
3.4.9
Doel-Puls
1.
Schakel de functie TARGET DISTANCE in totdat het LCD-scherm knippert en " TARGET" weergeeft.
Het PULSE-venster knippert en geeft PULSE weer (Afbeelding 38)..
2.
Druk op de MODE-knop om de instellingen van de PULSE-functie te starten..
Wanneer het LCD-scherm "SET" knippert, en "SET" weergeeft (Afbeelding 39), knippert 100 in het PULSE-
venster.
3.
Druk op de SET-knop om de doelhartslag in te stellen (het instelbereik is 30-230)
die circulair kan worden ingesteld.
4.
Druk
op
de
trainingsmodus.
Wanneer het LCD-display " TARGET" en " PULSE" weergeeft, verandert het display elke
2s (Afbeelding 40 en 41).
Alle functiewaarden worden opgeteld volgens de bedrijfwaarden en veranderen elke 5 seconden van
weergave.
Afb. 38
Afb. 35
MODE-knop
om
te
Afb. 39
Afb. 36
bevestigen
en
de
Afb. 40
Afb. 37
console
gaat
naar
Afb. 41
27
de