Inhoudsopgave
Advertenties
Gebruiksaanwijzing
3. MACHINEONDERHOUD
3.1. Algemene informatie
De operator mag de machine alleen bedienen als:
Hij de principes van een veilige bediening van de machine in deze handleiding leert en toepast.
a)
Vermijd gevaarlijke situaties.
b)
Voer altijd controles uit voordat u met de werkzaamheden begint.
c)
Voordat u naar het volgende hoofdstuk gaat, dient u de regels van de pre-operationele inspectie te
lezen en te begrijpen.
Voer vóór gebruik een functionele test uit.
d)
e)
De werkplek controleren.
f)
De machine enkel gebruiken in overeenstemming met de bestemming.
3.1.1. Grondbeginselen van de pre-operationele inspectie
Het is de verantwoordelijkheid van de operator om een inspectie vóór het gebruik en
a)
routineonderhoud uit te voeren.
Een inspectie vóór het gebruik is een visuele controle door de operator voor elke ploegendienst.
b)
De controle wordt gedaan om te detecteren of er iets duidelijk mis is met de machine voordat de
operator functietests uitvoert.
De inspectie vóór het gebruik wordt ook gebruikt om te bepalen of routine-onderhoudsprocedures
c)
vereist zijn. De operator mag alleen routineonderhoud uitvoeren zoals gespecificeerd in deze
handleiding.
d)
De lijst op de volgende pagina controleren en elk item controleren.
e)
Als er schade of een ongeoorloofde verandering van de fabriekstoestand wordt geconstateerd, moet de
machine worden gemarkeerd en uit bedrijf worden genomen.
f)
Het apparaat mag alleen worden gerepareerd door een gekwalificeerde servicemonteur in
overeenstemming met
g)
e specificaties van de fabrikant Nadat de reparatie is voltooid, moet de operator de inspectie voor het
gebruik opnieuw uitvoeren voordat hij doorgaat met de functionele tests.
h)
Geplande onderhoudsinspecties moeten worden uitgevoerd door gekwalificeerde servicetechnici,
i)
in overeenstemming met de specificaties en vereisten van de fabrikant vermeld in de lijst van taken.
3.1.2. Inspectie vóór het gebruik
a)
Zorg ervoor dat de bedienings-, veiligheids- en aansprakelijkheidsinstructies volledig, leesbaar en in
de container zijn die bedoeld is om ze in de machine op te bergen.
b)
Zorg ervoor dat alle stickers op hun plaats zitten en leesbaar zijn. Zie Hoofdstukoverzicht.
c)
Controleer of er geen hydraulische olie lekt en of het oliepeil correct is. Indien nodig, olie bijgieten.
Zie Hoofdstuk Onderhoud.
d)
Controleer op lekkage van motorolie en controleer het oliepeil. Indien nodig, olie bijgieten. Zie
Hoofdstuk Onderhoud. Controleer op lekkage van koelvloeistof en of het vloeistofpeil correct is. Voeg
indien nodig koelvloeistof toe. Zie Hoofdstuk Onderhoud.
e)
Controleer de volgende items of gebieden op schade, onjuiste installatie of ontbrekende onderdelen en
ongeautoriseerde aanpassingen:
3-1
Advertenties
Inhoudsopgave
