AAN blijft. Als het lichtje van de schakelaar ononderbroken
groen blijft, staat de machine in tweewielbesturingsmodus.
Opmerking: Als het stuur te bruusk gedraaid wordt, kan
het zijn dat de wielen niet gecentreerd worden.
Van tweewielbesturing naar
vierwielbesturing schakelen
Druk de schakelaar voor de besturingsselectie
naar achteren. Als de voorwielen niet voorwaarts gecentreerd
zijn, gaat het groene licht branden en blijft de machine in
tweewielbesturing tot de vier banden recht vooruit gericht
zijn. De bestuurder dient het stuur traag te draaien om
de wielen recht te brengen tot het groene licht stopt met
flikkeren en UIT blijft. Als het stuur te bruusk gedraaid
wordt, kan het zijn dat de wielen niet gecentreerd worden. Als
het lichtje van de schakelaar ononderbroken UIT blijft, staat
de machine in vierwielbesturingsmodus.
Opmerking: Als het besturingssysteem niet juist
gecentreerd wordt na herhaaldelijk schakelen van twee- naar
vierwielbesturing, raadpleegt u Onjuiste uitlijning verhelpen
in het hoofdstuk Onderhoud.
De machine stoppen
Om de machine te stoppen, laat u het tractiepedaal naar de
neutrale stand komen.
Stel altijd de parkeerrem in werking als u de machine verlaat.
Denk erom dat u het sleuteltje uit het contact haalt.
VOORZICHTIG
Kinderen of omstanders kunnen letsel oplopen als
zij met de machine proberen te rijden of te werken
als deze onbeheerd staat.
Verwijder altijd het sleuteltje uit het contact en stel
de parkeerrem in werking wanneer u de machine
onbeheerd achterlaat, ook al is het slechts voor een
paar minuten.
Een maaidek of
werktuig bedienen
(optioneel)
Het maaidek/werktuig opheffen en
neerlaten
Met de hefschakelaar kunt u het maaidek/werktuig opheffen
en neerlaten
(Figuur
14). De motor moet lopen om deze
schakelaar te kunnen bedienen.
(Figuur
13)
1. Schakelaar dek omhoog
•
Om het maaidek/werktuig neer te laten, duwt u de
schakelaar naar voren.
•
Om het maaidek/werktuig op te heffen, drukt u de
schakelaar naar achteren.
Belangrijk: U mag de schakelaar niet achteruit
blijven houden als het maaidek/werktuig volledig
omhooggekomen is. Anders zal het hydraulische
systeem schade oplopen.
Opmerking: Om het maaidek/werktuig te vergrendelen
in de opgeheven positie, moet u het maaidek boven de
maaihoogtestand van 15 cm opheffen, de aanslagpen voor de
maaihoogte verwijderen (zie Maaihoogte instellen) en de pen
in de 15 cm stand plaatsen
Aftakas inschakelen
Met de aftakasschakelaar kunt u de maaimessen en
verschillende aangedreven werktuigen in- en uitschakelen.
1. Een koude motor moet u 5 tot 10 minuten warm laten
2. Ga op de stoel zitten en zorg ervoor dat het
3. Trek de aftakasschakelaar omhoog om de aftakas in
22
Figuur 14
(Figuur
worden voordat u de aftakas inschakelt.
tractiepedaal zich in de neutrale stand bevindt en de
motor is op vol gas.
te schakelen
(Figuur
15).
16).