8 Blokschema
Met schakelaar SK3 kunnen ibovendien als
ingangsspanning worden gekozen. de span-
ning van de tijdbasisgenerator en de interne
spanning met de netfrequentie.
De tijdbasisgenerator bevat een Schmitt-trig-
ger
(B502-B502'),
een
Millerintegrator
(B504), twee diodes en enkele katodevol-
gers. De tijdbasisgenerator kan getriggerd of
vrijlopend werken. De triggerspanning wordt
via een triggerimpulsvormer aan de tijdbasis-
generator toegevoerd.
De met schakelaar
SK5
gekozen triggerspan-
ning wordt aan het stuurrooster van één van
de buizen van een „omkeertrap" (B402-
B402') toegevoerd. Deze trap maakt het mo-
gelijk zowel op positief als op negatief ge-
richte spanningen te triggeren (kan met scha-
kelaar SK5 worden omgeschakeld).
Na deze omkeertrap volgt een Schmitt-trig-
ger
(B403-B403~),
die een kasteelspanning
levert. Door deze te differentiëren worden
smalle triggerimpulsen gevormd, die aan de
tijdbasisgenerator worden toegevoerd.
Focussering, helderheid en astigmatisme van
de elektronenstraalbuis kunnen aan de voor-
zijde van het apparaat worden geregeld. Hel-
dersturing geschiedt met een kanteelvormige
spanning afkomstig van de tijdbasisgenerator.
Deze spanning wordt met behulp van een
buis (B301) op het juiste niveau gebracht.
De beeldhelderheid kan worden gemoduleerd
door een spanning aan te sluiten op de bus
BU8, waardoor het niveau op het stuurrooster
van de elektronenstraalbuis (B302) kan wor-
den beïnvloed.
Het voedingsgedeelte levert de benodigde ge-
lijkspanningen (geregelde en niet-geregelde),
de hoogspanning (-f 1300 V) voor de elek-
tronenstraalbuis en de gloeispanningen. Te-
vens levert dit deel de ijkspanning, die be-
schikbaar is op de bus BU4. Deze ijkspan-
ning is kanteelvarmig en wordt met behulp
van een Zenerdiode verkregen (netfrequen-
tie) .