> Tik op «Steekmotief laden».
> Selecteer de map waarin de steek is opgeslagen.
> Selecteer een steekmotief.
Steken in het persoonlijke geheugen wissen
Voorwaarde:
•
Er zijn steken in het persoonlijke geheugen opgeslagen.
> Tik op «Persoonlijk geheugen».
> Tik op «Wissen».
> Selecteer de map waarin de steek is opgeslagen.
> Selecteer een steekmotief.
> Tik op «Bevestigen» om het steekmotief te verwijderen.
5.7 Afhechten
Naad afhechten met behulp van de toets «Afhechten»
De toets «Afhechten» kan met diverse afhechtsteken worden geprogrammeerd. (zie pagina 46)
> Druk op de toets «Afhechten» voordat u met naaien begint.
– De steek/steekcombinatie wordt bij naaibegin met het aantal geprogrammeerde steken afgehecht.
> Druk tijdens het naaien op de toets «Afhechten».
–
De machine stopt direct en hecht met het aantal geprogrammeerde steken af.
5.8 Stoflagen aanpassen
Als de naaivoet schuin tegen een dikke naad ligt, kunnen de tandjes van de transporteur de stof niet goed
pakken. Het naaiproject kan niet goed worden geleid.
> Om het verschil in hoogte te compenseren, moeten 1 – 3 nivelleerplaatjes achter de naald onder de
naaivoet worden gelegd.
– De naaivoet ligt nu horizontaal op het naaiproject.
Creatief naaien
63