Inbedrijfstelling
4 Inbedrijfstelling
4.1 Veiligheidsvoorschriften
VOORZICHTIG
ELEKTRISCH GEVAAR
De gebruiker of elektrisch installateur is verantwoordelijk
voor een juiste aarding en naleving van alle toepasselijke
nationale en lokale veiligheidsvoorschriften.
Zie hoofdstuk 2 veiligheid en de bedieningshandleiding van
de betre ende frequentieregelaar. Volg ook altijd de
instructies van de motorfabrikant op.
4.2 Activering van STO
De STO-functie wordt geactiveerd door de spanning naar
klem 37 van de frequentieregelaar te onderbreken. Door
de frequentieregelaar aan te sluiten op externe beveili-
gingen wordt een veilige vertraging verkregen en kan een
installatie voldoen aan Veilige stop, categorie 1. Externe
beveiligingen moeten voldoen aan Cat./PL of SIL als die
zijn aangesloten op klem 37. De STO-functie kan worden
gebruikt voor asynchrone, synchrone en permanentmag-
neetmotoren.
Wanneer de STO-functie (klem 37) is geactiveerd, genereert
de frequentieregelaar een alarm en schakelt de eenheid
uit, waarbij de motor vrijloopt tot stop. Een handmatige
herstart is vereist. Gebruik de STO-functie om de frequen-
tieregelaar in noodsituaties te stoppen. Gebruik de
normale stopfunctie in de normale bedrijfsmodus wanneer
de STO-functie niet nodig is. Zorg dat aan de vereisten van
ISO 12100 paragraaf 6.3.3.2.5 is voldaan voordat u de
automatischeherstartfunctie gebruikt.
4.3 Parameterinstellingen voor STO in
combinatie met VLT
Card MCB 112
Als MCB 112 is aangesloten, zijn er meer opties
beschikbaar voor parameter 5-19 Terminal 37 Safe Stop ([4]
PTC 1 Alarm tot en met [9] PTC 1 & relais W/A).
•
De waarden [1]* Alarm Veilige stop en [3] Waarsch.
Veilige stop zijn nog steeds beschikbaar, maar zijn
bedoeld voor installaties zonder MCB 112 of
externe beveiligingen.
Als [1]* Alarm Veilige stop of [3] Waarsch. Veilige
stop is geselecteerd en MCB 112 wordt
geactiveerd, reageert de frequentieregelaar met
Alarm 72 Gev. storing en laat hij de motor op
MG37D610
Bedieningshandleiding
®
PTC Thermistor
Danfoss A/S © 11/2018 Alle rechten voorbehouden.
veilige wijze vrijlopen, zonder automatische
herstart.
•
Selecteer de opties [4] PTC 1-alarm en [5] PTC 1
waarsch. niet wanneer gebruik wordt gemaakt
van een externe beveiliging. Gebruik deze opties
uitsluitend wanneer de STO-functie alleen door
MCB 112 wordt gebruikt.
Als de optie [4] PTC 1-alarm of [5] PTC 1 waarsch.
is geselecteerd en de externe beveiliging de STO-
functie activeert, genereert de frequentieregelaar
Alarm 72 Gev. storing en laat hij de motor op
veilige wijze vrijlopen, zonder automatische
herstart.
•
Selecteer [6] PTC 1 & relais A tot en met [9] PTC 1
& relais W/A bij gebruik van een combinatie van
een externe beveiliging en de MCB 112.
VOORZICHTIG
AUTOMATISCHE HERSTART
Deze opties zorgen voor een automatische herstart
wanneer de externe beveiliging wordt gedeactiveerd.
Voordat u [7] PTC 1 & relais W of [8] PTC 1 & relais A/W
selecteert, moet u zorgen dat aan de volgende
voorwaarden is voldaan:
•
Een onbedoelde herstart wordt voorkomen
door andere onderdelen van de STO-installatie.
•
Aanwezigheid in de gevarenzone kan fysiek
worden uitgesloten wanneer de STO-functie niet
geactiveerd is. Met name paragraaf 6.3.3.2.5 van
ISO 12100:2010 moet in acht worden genomen.
®
Zie de VLT
PTC Thermistor Card MCB 112 Operating
Instructions voor meer informatie.
4.4 Gedrag bij automatische/handmatige
herstart
In de standaardstatus voorkomt STO onbedoeld herstarten
(herstart voorkomen). Om STO op te he en en normaal
bedrijf te hervatten:
1.
Sluit de 24 V DC-voeding weer aan op klem 37.
2.
Verstuur een resetsignaal (via bus, digitale I/O of
de [Reset]-toets).
Stel de STO-functie in voor automatische herstart door de
waarde van parameter 5-19 Terminal 37 Safe Stop te
wijzigen van de standaardwaarde [1]* Alarm Veilige stop
naar waarde [3] Waarsch. Veilige stop.
Een automatische herstart betekent dat de STO wordt
beëindigd en normaal bedrijf wordt hervat wanneer 24 V
4
4
9