3
Hoofdstuk 3
COMFORTABELE
KOPIEERFUNCTIES
Dit hoofdstuk geeft een uitleg van de aangepaste kopieerfuncties en andere handige functies.
AANGEPASTE KOPIEERFUNCTIES
In dit gedeelte worden de sorteren, groeperen en offsetfuncties toegelicht evenals de sorteren-nieten functie, die
wordt gebruikt om de uitvoer te nieten in combinatie met de sorteerfunctie als er een afwerkingeenheid is
geïnstalleerd.
KOPIEEN SORTEREN
Deze functie wordt gebruikt om sets met kopieën
samen te voegen. De kopieën worden in de middelste
lade uitgevoerd en in de andere lades wanneer er een
sorteerlade of een afwerkingeenheid is geïnstalleerd.
2
1
OFFSET FUNCTIE
Elke set kopieën wordt verplaatst van de vorige set in
de uitvoerlade gedeponeerd, zodat met de sets
eenvoudig kan onderscheiden. (De offset functie kan
in de middelste lade of in de offsetlade van de
afwerkingeenheid worden gebruikt.)
Offset functie "AAN"
Inschakelen van de offsetfunctie
De offsetfunctie werkt wanneer er een checkmarkering
verschijnt in de [STAFFEL] checkbox, die wordt
weergegeven door de [UITVOER] toets aan te tippen.
(Wanneer er geen checkmarkering verschijnt, tip dan
de checkbox aan.)
3
Offset functie "UIT"
KOPIEEN GROEPEREN
Deze functie wordt gebruikt om kopieën op
paginanummer te groeperen. De kopieën worden in de
middelste lade uitgevoerd en in de andere lades
wanneer er een sorteerlade of een afwerkingeenheid
is geïnstalleerd.
3
2
1
35