Inhoudsopgave
Advertenties
3 INSTALLATIE
Zorgvuldige aandacht voor de juiste installatie van
HP- & LH-pompen en het erkennen van bepaalde
beperkingen aan de bedrijfsomstandigheden van
de pomp, zal zorgen voor een lange levensduur en
probleemloze werking.
AANDACHT
Het niet opvolgen van deze instructies kan leiden
tot persoonlijk letsel of overlijden.
Let vooral op het volgende:
3.1 UITPAKKEN EN OPTILLEN
VAN DE POMP
Pak de pomp bij levering uit en inspecteer deze op
zichtbare transportschade.
Eventuele schade tijdens het transport dient direct
na ontvangst van de zending aan de transporteur
te worden gemeld. Stel de beschadigde producten
niet in gebruik.
De pompen moeten met zorg worden vervoerd en
vastgezet om ervoor te zorgen dat er geen schade
wordt veroorzaakt. Kleinere pompen zonder motor
wegen minder dan 20 kg en kunnen met de hand
worden opgetild. Grotere pompen met oogbout en
complete units moeten worden gehesen zoals op
onderstaande afbeeldingen wordt getoond. Er
moeten banden met voldoende draagvermogen
worden gebruikt.
Zorg ervoor dat u de pomp op een stabiele
horizontale ondergrond neerzet.
3.2 GEBRUIKSBEPERKINGEN
ZELFAANZUIGEND: HP & LH-pompen zijn niet
zelfaanzuigend en moeten worden geïnstalleerd
onder toeloop, d.w.z. met de pomp lager dan het
niveau van de verpompte vloeistof en met de
toevoerleiding die continu naar de pomp afloopt
zonder bruggen.
DRUK: laat de pomp niet werken boven het
maximale drukverschil dat op het typeplaatje is
aangegeven,
zelfs
seconden, omdat dit kan leiden tot beschadiging
van de onderdelen van de pomp, metalen deeltjes
in de verpompte vloeistof, ineffectieve reiniging en
mogelijk het volledig vastlopen van de pomp.
AANDACHT
Laat de pomp nooit tegen een gesloten klep
werken. Merk op dat de druklimiet varieert met de
temperatuur.
VASTE DEELTJES: HP & LH pompen kunnen
zachte vaste deeltjes in suspensie verwerken,
maar worden beschadigd door harde deeltjes.
Wees voorzichtig bij het verpompen van vaste
deeltjes, kristallen, enz.
Laat nooit metalen onderdelen in de pomp komen,
d.w.z. lasmetaal, schroeven, gereedschap, enz.
aangezien deze de pomp zullen stoppen, wat zal
leiden tot beschadigde rotoren, pomphuis en
assen.
CAVITATIE: de pompen kunnen niet werken
zonder voldoende vloeistofdruk bij de inlaatpoort
van de pomp. Normaal gesproken is atmosferische
druk voldoende, maar de werkelijke druk die nodig
is, is hoger voor:
• Hoge viscositeiten
• Hoge temperatuur
• Hoge pompsnelheden
• Vluchtige vloeistoffen
niet
gedurende
enkele
8
Advertenties
Inhoudsopgave
