AANDACHT
Tijdens deze verwarmingsfase mag de
lobbenpomp niet draaien.
AANDACHT
Maak geen pomponderdelen of buisverbindingen
los of verwijder ze niet tijdens stoomsterilisatie,
aangezien ontsnappende stoom ernstig letsel kan
veroorzaken.
Blijf tijdens de sterilisatietijd natte stoom
door de lobbenpomp en procesleidingen
leiden. De sterilisatietijd wordt door de
gebruiker
bepaald
steriliteitsniveau te bereiken. Meestal is dit
tussen de 20 en 60 minuten.
De
lobbenpomp
sterilisatietijd
absoluut noodzakelijk is om steriliteit te
bereiken, vanwege het verhoogde risico op
vastlopen
van
pompcomponenten
gesproken
de
bereiken door thermische geleiding zonder
de pomp te draaien.
AANDACHT
Indien nodig kan de lobbenpomp met de
hand
worden
sterilisatietijd - let op gevaar voor hete
oppervlakken - of met een maximum van
50 rpm, maar alleen als de pomp is
uitgerust met:
Enkelvoudige
asafdichtingen - of - gespoelde of dubbele
afdichtingen mits een vloeistofspoeling,
d.w.z. condensaat is aangesloten en werkt
onder een druk die hoger is dan de
stoomdruk in de pomp tijdens SIP.
AANDACHT
Als de lobbenpomp is uitgerust met enkelvoudige
siliciumcarbide/siliciumcarbide
mag deze niet draaien tijdens de sterilisatietijd,
omdat de afdichtingsvlakken aan elkaar kunnen
kleven.
Aan het einde van de sterilisatietijd moet
de pomp op natuurlijke wijze worden
afgekoeld of kan worden gespoeld met
steriele lucht/inert gas.
om
het
gewenste
mag
tijdens
deze
niet
draaien,
tenzij
de
pomp.
zullen
normaal
gewenste
temperatuur
gedraaid
tijdens
koolstof/siliciumcarbide
asafdichtingen,
AANDACHT
De pomp mag tijdens het koelen niet draaien.
Laat
lobbenpomp
pomptemperatuur is gedaald tot 60°C
(140°F) of lager.
Wanneer
siliciumcarbide/siliciumcarbide
doorspoelen met vloeistof om de afdichtingen te
smeren alvorens de pomp rond te draaien.
6 INSPECTIE EN
HERSTEL
HP- & LH-pompen hoeven tijdens normaal bedrijf
dit
niet te worden afgesteld. Het is echter raadzaam
om regelmatig het oliepeil te controleren en de
onderdelen van de pompkop (vooral afdichtingen
Alle
en verbindingen) te inspecteren, zodat ze kunnen
worden gereinigd of vervangen voordat ze defect
raken. Alle onderdelen van de pomp in contact met
de verpompte vloeistof kunnen als volgt worden
geïnspecteerd
pomphuis van de tandwielkast te verwijderen en
zonder de pomp of de aandrijfeenheid van de
grondplaat te demonteren:
de
AANDACHT – voor uw veiligheid:
Alvorens met reparatie of inspectie te beginnen,
moet de stroomtoevoer naar de pomp en de
aandrijfmotor worden afgesloten, moeten de
leidingen drukloos worden gemaakt, afgetapt en
geïsoleerd,
gespoeld en moeten de verwarmingsmantels
(indien aanwezig) worden geïsoleerd.
6.1 POMPHUISDEKSEL
Verwijderen
Voordat u het pomphuisdeksel (122) verwijdert,
moet u ervoor zorgen dat de pomp en de
aandrijving geïsoleerd zijn; de pomp koel genoeg
is om veilig aan te raken, dat alle vloeistoffen zijn
afgetapt
(wees
gevaarlijke vloeistoffen) en dat de pomp, het
spoelsysteem voor de asafdichtingen en de
mantels geïsoleerd en drukloos zijn.
Indien het pomphuisdeksel voorzien is van een
geen
koude
vloeistof
komen
de
pomp
is
uitgerust
asafdichtingen,
en
onderhouden
moeten
de
afdichtingen
bijzonder
voorzichtig
in
de
voordat
de
met
zonder
het
worden
met
24