Inhoudsopgave
Advertenties
3.8 ZUIG- EN
PERSKOPPELINGEN EN
PIJPLEIDINGEN
Om de zuig- en perskoppeling te monteren of te
wijzigen, moet de juiste kit worden toegepast. De
kits bevatten alle componenten om de koppelingen
te monteren en te wisselen.
De juiste poortafdichting (type elastomeer) wordt
bij de pomp geleverd.
Zorg ervoor dat de poortafdichting (53) vrij
is van vuil
Duw
de
poortafdichting
afdichtingszone op de poortflens (54).
(Afdichtingen
richting)
Bepaal de plaats van de poort (met
gemonteerde afdichting) (53 & 54) op het
pomphuis
(51)
uitstulping op de poort en de uitsparing aan
de zijkant van het pomphuis. (Dit is een
kleine cirkel op HP-pompen die zich rond
het afdichtingsgebied op de buitendiameter
van de flens van de poort bevindt).
Monteer de poortbouten (55) door de poort
in het pomphuis en draai ze vast met een
koppel van 20 Nm.
Opmerking: pompen van de maat HP30 en LH
hebben gelaste poorten.
Het leidingtraject en de afmetingen moeten
worden vastgesteld op het moment dat de pomp
wordt gekozen.
Bij de installatie van de pomp mag niet van dit
ontwerp
worden
pompselectie opnieuw te controleren:
Houd de leidingen kort en de diameters
groot; de leidingen moeten wellicht een
grotere
diameter
pomppoorten, vooral wanneer viskeuze
vloeistoffen worden verpompt om cavitatie
te voorkomen.
Gebruik bochten met een grote radius en
afsluiters met volledige doorlaat. Vermijd
bol-
of
naaldventielen
vloeistoffen.
Monteer afsluitkleppen aan weerszijden
van de pomp om het onderhoud te
vereenvoudigen.
Monteer
vacuüm-/drukmeters
weerszijden van de pomp om de druk te
in
passen
slechts
in
met
behulp
van
afgeweken
zonder
hebben
dan
op
viskeuze
bewaken. Zodra het proces vast ligt (en
niet zal veranderen), kunnen deze worden
verwijderd.
Vermijd indien mogelijk filters aan de
inlaatzijde van de pomp. Een verstopte
filter veroorzaakt cavitatie. Een zeef -
maximale doorlaat 50 micron - helpt de
pomp te beschermen tegen schade door
deeltjes, maar moet vrij worden gehouden.
Ondersteun het leidingwerk - het gewicht
van de leiding en de vloeistof binnenin mag
niet op de pomp rusten.
Monteer indien nodig compensatoren om te
voorkomen
de
uitzettingskrachten op de pomp worden
overgedragen.
één
Zorg ervoor dat alle pijpverbindingen:
o Luchtdicht onder vacuüm;
o Vloeistofdicht onder druk, en;
o Stoomdicht waar van toepassing
de
Neem speciale voorzorgsmaatregelen bij
het verpompen van gevaarlijke, hete,
giftige of bacteriologische vloeistoffen -
speciale verbindingen en hoogwaardige
afdichtingen kunnen nodig zijn.
Gebruik
elektrische weerstandstape om leidingen
met vloeistoffen te verwarmen die bij
afkoeling dikker worden. Zorg voor een
vergrendeling om te voorkomen dat de
pomp draait tenzij de vloeistof in de
leidingen de juiste temperatuur heeft om
overdruk, cavitatie of overmatige belasting
van de aandrijfas te voorkomen.
3.9 VERGROTE RECHTHOEKIGE
de
INLAAT
Het gewicht van de trechter (inclusief het product
dat
het
ondersteund en mag niet volledig op de pomp
de
rusten, omdat dit de rotorspeling zou beïnvloeden,
wat zou leiden tot het vastlopen van de pomp. De
tegenflens van een trechter of een doseerschroef
moet worden voorzien met dezelfde afmetingen als
de rechthoekige inlaat en worden afgedicht. Dit
voorkomt richels waar het product kan blijven
"hangen". Zorg voor een goede doorstroming van
het viskeuze materiaal in de pomp.
3.10 VERWARMINGSMANTELS
aan
Pompen
dat
zijn.
heet
water/stoommantels
bevat)
moet
afzonderlijk
zijn
leverbaar
met
thermische
of
worden
optionele
14
Advertenties
Inhoudsopgave
