O Dierenportret
Wanneer u de camera op een hond of kat richt, detecteert de camera het gezicht van
het dier en stelt hierop scherp. De sluiter wordt standaard automatisch ontspannen
wanneer de camera heeft scherpgesteld (Dierenp. autom. ontsp.).
Druk op de d-knop en tik op C Continu en selecteer vervolgens Enkelvoudig of
Continu.
- U Enkelvoudig: Wanneer het gedetecteerde gezicht scherpgesteld is, legt de
camera één beeld vast.
- C Continu (standaardinstelling): Wanneer het gedetecteerde gezicht
scherpgesteld is, legt de camera drie beelden continu vast.
B
Opmerkingen over Dierenp. autom. ontsp.
Om de instelling te wijzigen, drukt u op de knop d en selecteert u Y Dierenp.
autom. ontsp..
- o Aan (standaardinstelling): De camera detecteert het gezicht van een hond of kat en
ontspant de sluiter automatisch wanneer het gedetecteerde gezicht scherpgesteld is.
- p Uit: De camera ontspant de sluiter niet automatisch, zelfs als het gezicht van een
hond of kat wordt gedetecteerd. Druk de ontspanknop in. De camera kan ook
menselijke gezichten detecteren wanneer Uit is geselecteerd.
Dierenp. autom. ontsp. is ingesteld op Uit nadat vijf burstopnamen werden gemaakt.
Opnemen is ook mogelijk door op de ontspanknop te drukken, ongeacht de instelling
voor Dierenp. autom. ontsp.. Wanneer Continu is geselecteerd, kunt u continu
beelden maken terwijl u de ontspanknop helemaal ingedrukt houdt.
B
AF-velden
Wanneer de camera een gezicht herkent,
wordt het gezicht weergegeven binnen een
gele rand. Wanneer de camera scherpstelt
op een gezicht dat binnen een dubbele rand
wordt weergegeven (scherpstelveld), wordt
de dubbele rand groen. Als geen gezichten
worden herkend, stelt de camera scherp op
het onderwerp in het midden van het beeld.
In bepaalde opnameomstandigheden kan
de camera het gezicht van het dier niet
herkennen of kan een rand rond andere objecten worden geplaatst.
1910
1910
1910
41