3.
Installeer het mes—met het opstaande randje naar de maai-
eenheid gericht—met de bescherming tegen het afschaven, de
volgring en de mesbout. Haal de mesbout aan met een
moment van 115–149 Nm.
HET CONTROLEREN VAN DE
OPSTAANDE RAND EN HET SCHERPEN
VAN HET MES
Bij het controleren en onderhouden van het mes moet er op twee
dingen gelet worden: het ene is het opstaande randje, het andere is
de snijrand. Zowel de snijranden als het opstaande randje
tegenover de snijrand dragen bij aan een goede maaikwaliteit. Het
opstaande randje is belangrijk omdat dit het gras omhoog haalt,
waardoor gelijke maairesultaten verkregen worden. Het opstaande
randje zal echter geleidelijk afslijten door het gebruik, hetgeen
normaal is. Met het afslijten van het opstaande randje zal ook de
maaikwaliteit enigszins afnemen, ook als de snijranden nog scherp
zijn. De snijrand van het mes moet scherp zijn zodat het gras
afgesneden in plaats van afgerukt wordt. Als een mes bot is wordt
dit duidelijk doordat de uiteinden van de grassprietjes er bruin en
"gerafeld" uitzien. Scherp de snijranden om dit te verhelpen.
1.
Plaats de machine op een horizontaal oppervlak, haal de maai-
eenheid op, activeer de parkeerrem, zorg ervoor dat het
tractiepedaal in de neutraalstand staat, dat de hendel van de
aftakas uitgeschakeld [OFF] is, zet de motor AF [OFF],
verwijder de sleutel uit het contact en haal de bougiekabels
los. Zet de maai-eenheid vast zodat deze niet per ongeluk om
kan vallen.
2.
Controleer de snijranden van het mes nauwkeurig, vooral op
de plek waar het vlakke gedeelte van het mes overgaat in een
gebogen stuk (Afb. 13 A). Omdat zand en schuurmiddelen het
metaal waar het rechte deel van het mes overgaat in een
gebogen deel kan doen wegslijten, moet het mes worden
gecontroleerd voordat de maaimachine gebruikt wordt. Indien
er slijtage zichtbaar is (Afb. 13 B), moet het mes worden
vervangen.
3.
Controleer de snijranden van alle messen. Scherp de
snijranden als deze bot of beschadigd zijn. Scherp uitsluitend
de bovenkant van de snijrand en houd de originele snijhoek
aan om een goede scherpte te ktijgen (Afb. 14). Het mes zal
in balans blijven als dezelfde hoeveelheid metaal van beide
snijranden verwijderd is.
18
A
B
C
Afbeelding 13
1.
Vlak deel
2.
Opstaande rand
3.
Verbinding vlak deel/opstaande rand
4.
Slijtage
5.
Gleufvorming
6.
Stuk afgebroken
Afbeelding 14
1.
Uitsluitend deze zijde aanscherpen.
2
1
3
4
5
6