Voorzichtig!
Voor een goede werking van deze functies
moet de netwerkkabel worden aangesloten.
Menu 4.1.3.1 - nibe uplink
Hier kunt u de aansluiting van de installatie op NIBE
Uplink™ (http://www.nibeuplink.com) beheren en het
aantal via het internet op de installatie aangesloten
gebruikers bekijken.
Een aangesloten gebruiker beschikt over een gebrui-
kersaccount in NIBE Uplink™ met toestemming om uw
installatie te beheren/ bewaken.
Nieuwe verbindingslijn vragen
Om een gebruikersaccount op NIBE Uplink™ aan te
sluiten op uw installatie, moet u een unieke verbindings-
lijn aanvragen.
1. Markeer "nieuwe verbind.lijn vragen" en druk op
de OK-toets.
2. De installatie communiceert nu met NIBE Uplink™
om een verbindingslijn aan te maken.
3. Als er een verbindingslijn is ontvangen, wordt dit
in dit menu getoond onder "verbindingslijn"
waarbij de string 60 minuten geldig blijft.
De verbinding met alle gebruikers verbreken
1. Markeer "alle gebruikers uitschakelen" en druk op
de OK-toets.
2. De installatie communiceert nu met NIBE Uplink™
om uw installatie los te koppelen van alle gebrui-
kers die zijn aangesloten via het internet.
Voorzichtig!
Na het loskoppelen van alle gebruikers kan
geen van deze gebruikers uw installatie nog
bekijken of beheren via NIBE Uplink™ zonder
eerst een nieuwe verbindingslijn aan te vragen.
Menu 4.1.3.8 - tcp/ip-instellingen
Hier kunt u de TCP/IP-instellingen voor uw installatie
instellen.
Automatische instelling (DHCP)
1. Plaats een vinkje bij "automatisch". De installatie
ontvangt de TCP/IP-instellingen nu met behulp
van DHCP.
2. Markeer "bevestigen" en druk op de OK-toets.
Handmatige instelling
1. Verwijder het vinkje bij "automatisch" en u krijgt
toegang tot een aantal instellingsmogelijkheden.
2. Markeer "IP-adres" en druk op de OK-toets.
3. Voer de juiste gegevens in via het virtuele toetsen-
bord.
4. Markeer "OK" en druk op de OK-toets.
5. Herhaal 1 - 3 voor "netmask", "gateway" en "dns".
6. Markeer "bevestigen" en druk op de OK-toets.
NIBE™ F1145PC
LET OP!
De installatie kan niet met het internet verbin-
den zonder correcte TCP/IP-instellingen. Als u
niet zeker weet welke instellingen voor u van
toepassing zijn, kunt u de automatische stand
kiezen of contact opnemen met uw netwerk-
beheerder (of vergelijkbaar) voor meer infor-
matie.
TIP
Alle instellingen ingevoerd sinds het openen
van het menu kunnen worden gereset door
"resetten" te markeren en op de OK-knop te
drukken.
Menu 4.1.3.9 - proxy-instellingen
Hier kunt u de proxy-instellingen voor uw installatie
instellen.
Proxy-instellingen worden gebruikt om verbindingsin-
formatie over te brengen op een intermediate server
(proxy-server) tussen de installatie en het internet. Deze
instellingen worden met name gebruikt als de installa-
tie via een bedrijfsnetwerk op het internet is aangeslo-
ten. De installatie ondersteunt proxy-authenticatie van
het type HTTP Basic en HTTP Digest.
Als u niet zeker weet welke instellingen voor u van
toepassing zijn, kunt u de vooraf ingestelde instellingen
kiezen of contact opnemen met uw netwerkbeheerder
(of vergelijkbaar) voor meer informatie.
Instelling
1. Vink "gebruik proxy" aan als u geen gebruik wilt
maken van een proxy.
2. Markeer "server" en druk op de OK-toets.
3. Voer de juiste gegevens in via het virtuele toetsen-
bord.
4. Markeer "OK" en druk op de OK-toets.
5. Herhaal 1 - 3 voor "poort", "gebr.naam" en
"wachtwoord".
6. Markeer "bevestigen" en druk op de OK-toets.
TIP
Alle instellingen ingevoerd sinds het openen
van het menu kunnen worden gereset door
"resetten" te markeren en op de OK-knop te
drukken.
Menu 4.1.4 - sms (accessoire vereist)
Verricht hier de instellingen voor het accessoire SMS
40.
Voeg de nummers toe van de mobiele telefoons die
toegang hebben tot het wijzigen en ontvangen van
statusinformatie van de warmtepomp. De mobiele
nummers moeten een landcode bevatten, bijv. +46
XXXXXXXX.
Indien u bij een alarm een sms-bericht wilt ontvangen,
vink dan het vakje rechts van het telefoonnummer aan.
Hoofdstuk 8 |
Regeling - Menu's
49