Afgiftesysteem
Voor het instellen van de juiste doorstroming in het
afgiftesysteem moet de juiste snelheid voor de circula-
tiepomp van het verwarmingssysteem onder verschil-
lende bedrijfsomstandigheden worden ingesteld. Deze
warmtepomp heeft een circulatiepomp verwarmings-
systeem die automatisch kan worden aangestuurd,
maar als er een handmatige snelheid nodig is, moet
deze worden ingesteld op basis van de volgende gege-
vens en grafiek. Voor handmatige regeling moet "auto"
worden gedeactiveerd in menu 5.1.11.
De aanvoer moet een correct temperatuurverschil met
de retour hebben voor het bedrijf (verwarmen: 5 - 10
°C, warmwaterbereiding: 8 - 10 °C, zwembadverwar-
ming: ca. 15 °C) tussen aanvoertemperatuur (BT2) en
retourtemperatuur (BT3). Controleer deze temperatu-
ren in menu 3.1 "service-info" en pas de snelheid van
de circulatiepomp van de warmtedrager (GP1) aan
totdat het temperatuurverschil is gerealiseerd. Een
groot verschil duidt op een lage doorstroming in het
afgiftesysteem en een klein verschil op een hoge
doorstroming in het afgiftesysteem.
Stel de snelheid van de circulatiepomp van het verwar-
mingssysteem in menu 5.1.11, zie pagina 57.
In de grafieken hieronder kunt u aflezen welke snelheid
de circulatiepomp verwarmingsysteem moet hebben
tijdens handmatige regeling.
Tillgängligt tryck
Eleffekt
P
F1145PC 5 kW
Tillgängligt tryck, kPa
Eleffekt, W
60
50
40
30
20
10
P40%
40%
0
0
0,05
0,1
0,15
F1145PC 6 kW
Tillgängligt tryck, kPa
Eleffekt, W
60
50
40
30
20
10
P40%
40%
0
0
0,05
0,1
0,15
NIBE™ F1145PC
P100%
100%
P80%
80%
P60%
60%
Flöde
l/s
0,2
0,25
0,3
0,35
P100%
P80%
100%
80%
P60%
60%
Flöde
l/s
0,2
0,25
0,3
0,35
F1145PC 8 kW
Tillgängligt tryck, kPa
Eleffekt, W
70
60
50
40
30
20
P40%
10
40%
0
0
0,05
0,1
0,15
0,2
F1145PC 10 kW
60
50
40
30
20
10
P40%
40%
0
0
0,05
0,1
0,15
Hoofdstuk 6 |
P100%
P80%
100%
80%
P60%
60%
Flöde
l/s
0,25
0,3
0,35
0,4
P100%
100%
P80%
80%
60%
P60%
0,2
0,25
0,3
0,35
Inbedrijfstelling en afstelling
31