Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Honda HRX476XB Gebruikershandleiding pagina 10

Inhoudsopgave

Advertenties

Duw met de hand om de machine vooruit te laten rijden:
Laat de hendel van de aandrijfkoppeling altijd los wanneer u de
mesbedieningsbeugel inschakelt. Als de aandrijfkoppeling is
ingeschakeld, gaat de machine rijden zodra de motor aanslaat.
1. Start de motor en schakel het maaimes in.
- Terwijl u de gele knop [1] indrukt, trekt u aan de
mesbedieningsbeugel [2]. Het maaimes begint te draaien.
[1]
2. Duw de duwbeugel met
de hand om het gazon
te maaien.
3. Om het maaimes te
laten stoppen, doet u
het volgende:
- Laat de
mesbedieningsbeug
el [2] los.
NB: Het is mogelijk de wielaandrijving uit te schakelen voor maaien
in krappe ruimten (paden, perken, etc.).
NB: Het maaioppervlak (accuduur) is afhankelijk van de
gazonomstandigheden, de grasdichtheid, het vochtgehalte, de
graslengte en de maaihoogte.
Door de machine tijdens het maaien vaak aan en uit te zetten, wordt
ook het maaioppervlak kleiner (accuduur).
Om het maaioppervlak te vergroten (accuduur) wordt aanbevolen
vaker te maaien, de maaihoogte te verhogen en de terreinaandrijving
aan normaal looptempo te gebruiken.
Dit model is uitgerust met een thermische
motorbeveiligingsinrichting.
• Functie: voorkomen van oververhitting en schade aan de motor,
veroorzaakt door abnormaal gebruik.
• Inschakeling van de beveiligingsinrichting: wanneer te veel
vermogen wordt gevraagd, wordt de stroomtoevoer naar de
motor onmiddellijk onderbroken.
Procedure die moet worden gevolgd wanneer de
beveiligingsinrichting wordt geactiveerd:
- Laat de mesbedieningsbeugel los.
- Ga na waardoor het maaimes plotseling tot stilstand is
gekomen (reinig de afschermplaat, maai minder gras in één
keer of ga langzamer).
- Laat de machine afkoelen in een koele omgeving (gedurende
10 tot 20 minuten).
Voorzorgsmaatregelen voordat u de machine weer opstart:
- Controleer of het maaimes vrij kan bewegen (met
beschermende handschoenen).
- Controleer de veiligheid in de omgeving (voorwerpen op het
gazon, personen of dieren in de omgeving).
- Activeer de schakelaar.
- Als er geen abnormaliteiten zijn, zoals ongewone geluiden,
kunt u nu uw werk voortzetten.
10 NL
[2]
[2]
NB:
• Maaifrequentie: één keer per
week voor een speelgazon, twee
keer voor een siergazon.
• Maai bij voorkeur in de middag of
In stoffige omstandigheden kunt
u het best maaien wanneer het
gras zelf droog is, maar de
bodem nog vochtig is.
• Kies een maaihoogte die
geschikt is voor het terrein
(zie Blz
7).
• Voor het verkrijgen van een
gelijkmatig gazon moeten de
maaistroken elkaar enkele
centimeters [3] overlappen.
Wanneer het te maaien gras erg
lang is, moet een wat grotere overlap worden aangehouden.
• Maai volgens het hieronder voorgestelde patroon om zo efficiënt
mogelijk te werken.
• Als het te maaien terrein onregelmatig van vorm is of veel
obstakels bevat, verdeel het dan in percelen waarbinnen u de
aanbevolen richting kunt volgen.
[4]
Met grasopvang: draai
rechtsom om zo efficiënt
mogelijk te maaien.
[5]
Mulching: draai linksom.
LEGEN VAN DE
GRASVANGER
Wanneer de grasvanger vol raakt, is de grasopvang niet meer
optimaal (het geluid van de machine verandert en de grasvanger
wordt niet meer opgeblazen door de luchtwerveling van het
draaiende maaimes).
1. Laat de mesbedieningsbeugel los.
2. Verwijder de grasvanger
3. Leeg de grasvanger:
• Til de grasvanger op aan de
metalen handgreep [1].
• Pak met uw andere hand de
grasvanger [2] vast en schud de
grasvanger leeg om het gras te
verwijderen.
VOORZICHTIG:
• Laat het maaisel nooit langdurig in de grasvanger zitten en gooi
het niet op een hoop in een afgesloten ruimte of tegen een
schuur, garage of ander bouwsel. Composterend tuinafval
ontwikkelt namelijk warmte, waardoor er brandgevaar kan
ontstaan.
Controleer voor gebruik of de afdekkap van de grasvanger (het
uitwerpscherm) goed is aangebracht.
[3]
[4]
(zie Blz
5).
[2]
[5]
[1]

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave