Inhoudsopgave
Advertenties
Voorbeelden Variatie Coëfficiënt:
– Een bepaalde kunstmestsoort heeft een optimale
werkbreedte van 11 meter (4). De VC is dan bijv. 7%
(maximale toegestane VC is 15%)
– Als u op b.v. 13 meter gaat rijden dan schuiven de
strooibeelden iets uit elkaar (5). De VC is dan 9%,
dus nog steeds binnen de norm.
– Gaat u smaller rijden, b.v. op 9 meter dan schuiven
de beide strooibeelden meer in elkaar (6). De VC is
dan 10%.
De werkbreedte wordt dus bepaald door de gekozen
rijbreedte. De strooibreedte van de strooier blijft onver-
anderd (7).
Alleen de stand van de regelstaaf (8) moet u aanpas-
sen aan de gekozen werkbreedte om een juiste gift in
kg/ha te verkrijgen.
In de strooitabel op pagina 31 kunt u aan de rechterzij-
de per kunstmestsoort de werkbreedtes aflezen, waar-
bij de VC beneden de 15% blijft. De SuperFlow strooi-
er zal binnen die marges door zijn ideale strooibeeld
onnauwkeurigheden in de rijbreedte probleemloos ver-
werken tot een egaal gestrooid perceel.
De rijbreedte kunt u in de praktijk markeren met behulp
van piketten (zie (9) vorige pagina).
25
Advertenties
Inhoudsopgave
