Belangrijk
De gebruiker moet de regelingen uitvoeren volgens de procedures die beschreven
worden in de handleiding. Voer geen enkele regeling uit die niet uitdrukkelijk
NL
aangeduid wordt in de handleiding. Eventuele buitengewone regelingen die niet
uitdrukkelijk aangeduid worden in de handleiding mogen enkel door het personeel
van de door de constructeur erkende assistentiecentra uitgevoerd worden.
Voordat de maaihoogte van het mes wordt ingesteld, moet gecontroleerd worden of de robot
veilig stilgelegd werd (raadpleeg "Veilige stillegging van de robot").
Belangrijk
Gebruik beschermende handschoenen om
eventueel gevaar op snijwonden te vermijden.
1.
Desactiveer het antidiefstalsysteem zodat
het
niet
"Programmeringsmodaliteit").
2.
Draai de robot om en plaats hem zodanig dat
de bedekking niet wordt beschadigd.
3.
Draai de schroef los (C).
4.
Plaats de maaigroep omhoog en omlaag (D)
om de gewenste maaihoogte te bepalen.
De waarde kan gemeten worden met de
gegradueerde schaal.
5.
Draai na de regeling de schroef (C) vast. Hoe
verder de maaigroep (D) wordt verplaatst, hoe
lager het grasperk na het maaien zal zijn.
Belangrijk
Verminder de maaihoogte geleidelijk aan. Er
wordt aanbevolen om elke 1÷2 dagen de hoogte
minder dan 1 cm (0,40 inc.) te verminderen om
de gewenste hoogte te bereiken.
6.
Draai de robot weer om zodat hij klaar is voor
de werking.
Handboek
REGELINGEN
AANBEVELINGEN VOOR DE REGELINGEN
REGELING VAN DE MAAIHOOGTE
geactiveerd
wordt
(raadpleeg
schroef (C)
28
1
maaigroep (D)
2
3