Controleren van snaarslijtage
De motor is uitgerust met een automatische snaarspanner, die
ontworpen is om tussen de door vaste aanslagen A & B voorziene
limieten te functioneren. Stand van spanarm controleren; als
armaanslag C op aanslag B rust, d.w.z. verlies van spanning; alle
montagebeugels en snaarlengte controleren. Eventueel snaar
vervangen.
Fig. 12
Controleren van spanning
Geen snaarspanningmeters gebruiken voor controleren van
automatische snaarspanners. Indien gewenst kan de door de
automatische spanner aangelegde spanning als volgt gecontroleerd
worden:
Snaar afnemen en geheel ontspannen.
Zwaaiarm (A) markeren.
21mm vanaf A meten en basis (B) markeren.
Met een momentsleutel het moment benodigd voor uitlijnen van
merktekens A & B meten (18–22Nm) (zie fig. 13).
(Opm.: De snaarspanner roldopschroef heeft een linkse draad).
Fig. 13
Na instellen, motor ongeveer vijf minuten op laag stationair toerental
laten draaien, motor stoppen en snaarspanning opnieuw controleren.
Speciaal opletten bij installeren van een nieuwe snaar. De spanning
kan in het begin veranderen wegens inbedden op de poelie.
Gebruik van oorspronkelijke Ingersoll–Rand ventilatorsnaar.
Altijd oorspronkelijke Ingersoll–Rand ventilatorsnaren gebruiken
omdat zij een hoog aandrijfvermogen en lange levensduur hebben.
Gebruik van non–Ingersoll–Rand ventilatorsnaren kan vroegtijdige
snaarslijtage of –verlenging tot gevolg hebben en oververhitting of
overmatig snaarlawaai veroorzaken.
PERIODIEKE INSPECTIE EN ONDERHOUD
Verversen van koelmiddel
Het koelmiddel moet elke 2000 uur of 12 maanden ververst worden,
welke hiervan het eerst plaatsvindt.
Als koelmiddel door slib verontreinigd wordt kan dit oververhitting van
de motor of afblazen van koelmiddel bij de radiator veroorzaken.
Aftappen van koelmiddel
WAARSCHUWING: Heet motorkoelmiddel en stoom kunnen letsel
veroorzaken, Bij
antivriesoplossing uit de radiator, motor tenminste één minuut vóór
loszetten van de radiatorvuldop stoppen. De handen met een doek
beschermen, vuldop langzaam losdraaien en eventueel ontsnappende
vloeistof met de doek absorberen. Vuldop pas afnemen wanneer alle
overtollige vloeistof uitgestroomd en het motorkoelsysteem geheel
drukloos is.
WAARSCHUWING: Bij aftappen of bijvullen van antivries oplossing de
aanwijzingen van de antivries fabrikant opvolgen. Het wordt
aanbevolen persoonlijke veiligheidsuitrusting te dragen om huid en oog
contact met de antivries oplossing te verhinderen.
Radiatordop afnemen.
Onderste radiator slangeklem loszetten om koelmiddel uit de radiator
af te tappen.
Fig. 14
A Water aftapplug in cilinderblok
Koelmiddel uit motorblok aftappen door de water aftapplug (A fig. 26)
links op het cilinderblok achter de dynamo, los te zetten.
Vullen met koelmiddel
Controleren dat de motor koel is.
Koelmiddel aftapplug sluiten en onderste slangeklem weer
aantrekken.
Schoon water gemengd met 50/50 antivries als koelmiddel gebruiken.
Radiator met koelmiddel vullen tot het peil op de vulpoort hals staat.
Langzaam vullen om te voorkomen dat er lucht in het koelsysteem
komt.
Voor koelmiddelvolume, zie sectie "Algemene Informatie"
Wanneer het systeem gevuld is, motor ongeveer vijf minuten op
stationair toerental laten draaien, dan, terwijl het koelmiddel ontlucht
wordt gaat het koelmiddelpeil omlaag.
Motor stoppen en bijvullen met het juiste koelmiddel mengsel.
bijvullen
of
aftappen
van
62
koelmiddel
of
7/71, 12/56