Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Optionele slangpositie

Optionele slangpositie
De fittingen van de vloeistofinlaatwartel zijn
naar achteren gericht. Indien gewenst kunt
u deze posities bijstellen zodat de slangen
naar beneden zijn gericht.
VOORZICHTIG
Om kruisbesmetting van bevochtigde delen
van het pistool te voorkomen, moeten
A-delen (isocyanaat) en B-delen (hars)
strikt gescheiden blijven.
1. Volg de Drukontlastingsprocedure,
pagina 17. Verlaag tevens de
systeemdruk, zie de handleiding
van de doseerpomp.
2. Koppel de luchttoevoer (D) af en
verwijder het vloeistofverdeelstuk (M).
M
A
. 19
FB
18
3. Koppel de vloeistofslangen af van
de inlaatwartels (A, B). Verwijder
de vloeistofventielen. Verwijder de
pluggen uit de optionele inlaten (P).
B
A
. 20
FB
4. Breng draaddichtingsmiddel aan op de
pluggen (1e), ellebogen (35) en mannelijke
schroefdraad van vloeistofventielen.
Plaats ellebogen (35) in optionele inlaten,
naar beneden gericht. Plaats
vloeistofventielen in ellebogen. Zorg
ervoor dat het vloeistofgeheel A aan
zijde A wordt geplaatst. Plaats pluggen
waar voordien de wartels zaten. Draai
alle onderdelen vast met een koppel
van 26,6-27,7 N•m (235-245 in-lb).
D
TI11330a
A
. 21
FB
5. Sluit de slangen A en B aan op de
wartels A en B.
6. Koppel het vloeistofspruitstuk aan.
Koppel de luchttoevoer aan. U kunt
het pistool weer gebruiken.
TI11329a
A
P
1e
TI12085a
313706W

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave