Gerelateerde informatie
3.2.7 De kabellengte van de vlotterschakelaar
aanpassen
3.2 Mechanische installatie
GEVAAR
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Schakel de voedingsspanning uit
voordat u gaat werken aan het product.
‐
U dient er zeker van te zijn dat de
voedingsspanning niet per ongeluk kan
worden ingeschakeld.
VOORZICHTIG
Scherp element
Licht of middelzwaar persoonlijk letsel
‐
Draag persoonlijke
beschermingsmiddelen.
‐
Zorg ervoor dat niemand met de
pompwaaier in aanraking kan komen.
De pomp mag niet hangend aan de
motorkabel of persleiding geïnstalleerd
worden.
3.2.1 Fundatie
Plaats de pomp op een plaat of op bakstenen zodat
de zeef vrij is van slib, modder of vergelijkbare
stoffen. Zie afb.
Plaats de pomp op een
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
Plaats de pomp op een plaat
3.2.2 De pomp ophijsen
Trek niet aan de voedingskabel en hijs het
product hier niet aan op.
Til de pomp op aan de handgreep. Hijs de pomp niet
op aan de voedingskabel of aan de persleiding of -
slang.
Als de pomp in een put of reservoir is geïnstalleerd,
laat u deze zakken of hijst u deze op aan een draad
of ketting die aan de handgreep van de pomp is
bevestigd.
6
plaat.
·
·
∙
·
·
·
·
·
·
·
∙
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
∙∙
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
∙
∙
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
∙
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
·
∙
·
·
·
·
·
·
∙
·
·
·
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
∙
3.2.3 De pomp plaatsen
De pomp kan worden gebruikt in vertikale of
horizontale positie. Zie afb.
Tijdens continu bedrijf moeten de motor en de
pompinlaat altijd volledig zijn ondergedompeld in de
verpompte vloeistof.
Tijdens periodiek bedrijf moet de motor altijd volledig
zijn ondergedompeld in de verpompte vloeistof.
Positie van de pomp
Als de leiding of slang is aangesloten, plaatst u de
pomp in de bedrijfspositie.
Plaats de pomp zodanig dat de pompinlaat niet
geheel of gedeeltelijk wordt geblokkeerd door slib,
modder of vergelijkbare stoffen.
Bij permanente opstelling moeten slib, kiezels enz. uit
de put worden verwijderd voordat de pomp wordt
geïnstalleerd.
3.2.4 Leidingaansluiting
Voor permanente installatie adviseren u om een
afsluiter te plaatsen in de persleiding.
3.2.5 Opstelling op voetbocht
Zie afb. A en B in de bijlage.
Pompen voor permanente opstelling kunnen volledig
of gedeeltelijk ondergedompeld in de verpompte
vloeistof worden geïnstalleerd op een stationaire
voetbochtkoppeling.
1. Boor montagegaten voor de beugel van de
geleidestang binnen in de put en maak de beugel
van de geleidestang provisorisch vast met twee
schroeven.
2. Plaats het voetstuk van de autokoppeling op de
bodem van de put. Gebruik een schietlood om de
juiste positie te bepalen. Zet vast met zware
keilbouten. Als de bodem van de put ongelijk is,
moet het voetstuk van de voetbocht worden
ondersteund, zodat deze recht staat bij het
vastmaken.
3. Monteer de persleiding volgens de algemeen
bekende procedures, zonder de leiding te
verdraaien of onder spanning te zetten.
Positie van de
pomp.