De eff ecten (FX) gebruiken
De ingebouwde eff ectenprocessor FX bevat 30 verschillende eff ecten.
FX-instellingen ( FX)
Het FX-type wijzigen( FX-TYPE)
U kunt als volgt het FX-type wijzigen.
1. Kies MENU
FX
TYPE (p . 16) .
Ú
Ú
Het scherm FX-TYPE wordt weergegeven.
Er wordt een
diagram met het
geselecteerde FX-
type weergegeven.
2. Draai aan [Regelaar 3] (-/+) om een FX-type te selecteren .
3. Druk op [Knop 3] (OK) om te bevestigen .
Parameter
Waarde
FX Type
00(THRU)–30
FX-parameters bewerken ( FX-EDIT)
U kunt als volgt de parameters van elke FX bewerken.
1. Kies MENU
FX
EDIT (p . 16) .
Ú
Ú
Het FX-EDIT-scherm wordt weergegeven.
FX-type.
Met [Regelaar 1] (SEL)
kunt u een parameter
selecteren.
2. Draai aan [Regelaar 1] (SEL) om een parameter te selecteren .
3. Draai aan [Regelaar 3] (-/+) om de waarde te bewerken .
• De parameters verschillen afhankelijk van het FX.
• De parameters waarvoor de volgende symbolen worden weergegeven, kunnen worden bediend met de knoppen in het FX
CONTROL-scherm (p. 41).
Regelaar 1
Regelaar 2
Regelaar 3
Pads waarvoor FX is ingeschakeld.
FX-type.
Met [Regelaar 3] (TYPE) kunt u een lijst met FX-typen
weergeven.
Met [Knop 3] (BYPASS) schakelt u FX tijdelijk uit.
Uitleg
FX-type. Als u '00(THRU)' selecteert, wordt FX niet toegepast.
Pads waarvoor FX is ingeschakeld.
Met [Regelaar 3] (–/+) kunt u de waarde bewerken.
Met [Knop 3] (BYPASS) schakelt u FX tijdelijk uit.
39