Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Dietrich ADVANCE C 340 280 Servicehandleiding pagina 22

Verberg thumbnails Zie ook voor ADVANCE C 340 280:
Inhoudsopgave

Advertenties

4 Installateursinstructies
Afb.25
Cascadenummering
A
Afb.26
Traditioneel beheer van de
cascaderegeling
4
+3K
-3K
3
2
1
0
4
8
T
T
Afb.27
Parallel beheer van de
cascaderegeling
2
+3K
-3K
1
0
4
8
T
T
22
C 340 / C 640
B
C
Er zijn twee opties voor het beheer van de cascaderegeling:
Achtereenvolgens toevoegen van extra ketels (traditionele regeling).
Gelijktijdig toevoegen van extra ketels (parallelle regeling).
Het beheer van de cascaderegeling kan worden gewijzigd met parameter
NP006.
AD-3000964-01
5
6
x
4
8
T
T
AD-3000960-02
3
4
Cascadealgoritme temperatuurtype, de naar de werkende ketel verzonden
richtwaarde is :
x
4
8
T
T
Vermogen; gevraagd door de zones.
AD-3000961-02
Temperatuur; vermogensrichtwaarde gevraagd door de zones +
foutberekening.
Cascade-algoritme vermogenstype, de naar de werkende ketel verzonden
richtwaarde is :
Vermogen; volgens PI-algoritmes.
Temperatuur; -90 °C
Het type cascadealgoritme kan worden gewijzigd met NP011.
A De hoofdketel is nummer 1.
B De eerste volgketel is nummer 3 (nummer 2 bestaat niet).
C De tweede volgketel is nummer 4; enzovoort.
1 De eerste ketel begint te werken als de systeemtemperatuur 3 °C
onder de richttemperatuur is.
2 Na 4 minuten begint de tweede ketel te werken als ΔT< 6K en de
systeemtemperatuur nog steeds meer dan 3 °C onder het richtpunt
is.
3 Na 8 minuten begint de derde ketel te werken als ΔT< 6K en de
systeemtemperatuur nog steeds meer dan 3 °C onder het richtpunt
is.
4 De eerste ketel stopt met werken als de systeemtemperatuur 3 °C
boven de richttemperatuur is.
5 Na 4 minuten stopt de tweede ketel met werken als ΔT< 6K en de
systeemtemperatuur nog steeds meer dan 3 °C boven het
richtpunt is.
6 Na 8 minuten stopt de derde ketel met werken als ΔT< 6K en de
systeemtemperatuur nog steeds meer dan 3 °C boven het
richtpunt is.
T De tijdsduur tussen het starten en stoppen van ketels kan worden
gewijzigd met parameter NP009.
1 Alle ketels in cascadeopstelling beginnen te werken als de
systeemtemperatuur 3 °C onder de richttemperatuur is.
2 De eerste ketel stopt met werken als de systeemtemperatuur 3 °C
boven de richttemperatuur is.
3 Na 4 minuten stopt de tweede ketel met werken als ΔT< 6K en de
systeemtemperatuur nog steeds meer dan 3 °C boven het
richtpunt is.
4 Na 8 minuten stopt de derde ketel met werken als ΔT< 6K en de
systeemtemperatuur nog steeds meer dan 3 °C boven het
richtpunt is.
T De tijdsduur tussen het starten en stoppen van ketels kan worden
gewijzigd met parameter NP009.
7792478 - v.02 - 04102021

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave