Wanneer het voorziene CO
-gehalte niet wordt bereikt binnen de gren-
2
zen van de oliedruk, moet de luchtinstelling voor de tweede of de eerste
trap worden gecorrigeerd via de bedieningseenheid als volgt:
▶ Drukmeetnippels ( afb. 54, [1], pagina 35) voor de statische ven-
tilatordruk op de branderbehuizing openen.
▶ Sluit het meettoestel voor de statische ventilatordruk op de druk-
meetnippel ( afb. 54, [1], pagina 35) van de branderbehuizing
aan.
Afb. 54 Statische ventilatordruk meten
[1]
Drukmeetpunten op de branderbehuizing
Om de ventilatorcapaciteit in te stellen:
▶ Servicemenu openen.
▶ Menu Instellingen verwarming kiezen en bevestigen.
▶ Menu Toestelinstelling kiezen en bevestigen.
▶ Tweede trap: menu Luchtcorr.f.max.vent.verm. kiezen en bevesti-
gen.
-of-
▶ Eerste trap: menu Luchtcorr.f.min.vent.verm. kiezen en bevesti-
gen.
▶ Het ventilatortoerental en daarmee de statische ventilatordruk staps-
gewijs tussen –9 en +9 instellen, tot het gewenste CO
bereikt.
CO-gehalte meten
Het CO-gehalte moet ≤ 50 ppm zijn.
Ingeval van afwijkingen ten opzichte van de aangegeven waarde moet u
de storingen verhelpen.
Wanneer bij de eerste inbedrijfstelling een te hoge CO-waarde wordt ge-
meten, kan dat te wijten zijn aan het ontgassen van organische bindmid-
delen, bijvoorbeeld uit de deurisolatie.
▶ Voer de CO-meting pas na 20...30 minuten branderlooptijd uit.
Olio Condens 8000 F – 6720868720 (2020/02)
Ionisatiestroom meten
▶ Servicemenu openen.
▶ Menu Diagnose kiezen en bevestigen.
▶ Menu Monitorwaarden kiezen en bevestigen.
▶ In het menu Toestel / brander het menupunt Vlamstroom opzoe-
ken.
Afb. 55 Ionisatiestroom in het menu monitoring
▶ Ionisatiestroom aflezen en in het inbedrijfstellingsprotocol
( hoofdstuk 16.1, pagina 64) invullen.
De ionisatiestroom moet > 50 A zijn.
Bij afwijkingen van de opgegeven waarde moet u de storing oplossen.
Stel de meetwaarde voor de 1e trap in of corrigeer ze
Om de meetwaarde voor de 1e trap te kunnen opmeten, moet u eerst de
brander in de 1e trap omschakelen. Reduceer daarvoor het maximale
verwarmingsvermogen tot 60 % of 70 %. Ga als volgt tewerk:
▶ Druk op de schoorsteenvegertoets om de schoorsteenvegermodus te
activeren.
-gehalte wordt
2
Afb. 56 Schoorsteenvegerbedrijf actief
▶ Vermogen op 60 % of 70 % instellen.
▶ Servicemenu openen.
▶ Menu Diagnose kiezen en bevestigen.
▶ Menu Monitorwaarden kiezen en bevestigen.
▶ In het menu Toestel / brander het menupunt Brandervermogen ac-
tueel kiezen.
▶ Wacht, tot de ingestelde deellast is bereikt.
▶ Voer alle metingen voor de 1e trap uit, zoals beschreven in hoofdstuk
7.6 pagina 34 en vul de resultaten in het inbedrijfstellingsprotocol
(hoofdstuk 16.1, pagina 64) in.
Let er bij de bijstelling van het CO2-gehalte en bij de meting van het CO-
gehalte voor de 1e trap op, dat u de correcte drukregelschroef
(afb. 53, [3], pagina 34) gebruikt.
In bedrijf nemen
0010005628-001
0010005626-001
35