Toelichting bij de symbolen en veiligheidsvoorschriften Toelichting bij de symbolen en veiligheidsvoorschriften Symboolverklaringen Algemene veiligheidsvoorschriften H Instructies voor de doelgroep Waarschuwingen Bij waarschuwingen geven signaalwoorden de soort en de ernst van de Deze installatiehandleiding is bedoeld voor installa- gevolgen aan indien de maatregelen ter voorkoming van het gevaar niet teurs van gas- en waterinstallaties, verwarmings- en worden opgevolgd.
Toelichting bij de symbolen en veiligheidsvoorschriften H Gevaar bij rookgaslucht H Voorzichtig schade aan de installatie ▶ Ketel uitschakelen ( hoofdstuk 8, pagina 36). ▶ Bij open bedrijf de be- en ontluchtingsopeningen in deuren, ramen en wanden niet sluiten of verkleinen. ▶...
Gegevens betreffende het product Gegevens betreffende het product Leveringsomvang Toebehoren Bij de cv-ketel zijn vele toebehoren verkrijgbaar. De OC wordt8000F 19...27samen met de regelaar MX25 en de bedie- Exacte informatie over geschikte toebehoren is opgenomen in de catalo- ningseenheid CW 400 geleverd. gus.
Pagina 7
Gegevens betreffende het product 0010003969-001 Afb. 2 Aansluitingen en afmetingen van de cv-ketel met optioneel ondergeplaatste boiler (maten in mm) Hoogte rookgasaansluiting Hoogte uitgang condenswater Hoogte bedieningseenheid Hoogte boiler Uitgang condenswater Warmwaterafvoer G ¾ Koudwatertoevoer G ¾ ingang circulatie G ¾ Aansluiting voor expansievat G ¾(buitendraad vlak afdichtend) CV-retour G 1 CV-aanvoer G 1...
Gegevens betreffende het product Afmetingen en gewichten Eenheid OC8000F 19 en OC8000F 27 Ketelafmetingen Ketellengte Lengte ketelblok Breedte ketelblok Breedte van de cv-ketel (minimale deuropening) Hoogte rookgasaansluiting H Voor cv-ketel 1048 Voor cv-ketel met sokkel 110 mm 1158 Voor cv-ketel met sokkel 300 mm 1348 Voor cv-ketel met boiler 135 l 1795...
Gegevens betreffende het product Productoverzicht De cv-ketel kan als optie ook op de boiler worden gemonteerd ( afb. 14, pagina 16). De cv-ketel wordt af fabriek met brander en verschillende componenten gemonteerd. Hoofdcomponenten van de ketel 6 720 808 164-14.1T Afb.
Pagina 10
Gegevens betreffende het product Hoofdcomponenten van de stookoliebrander 6 720 808 164-26.1T Afb. 4 Stookoliebrander Temperatuursensor toevoerlucht Digitale branderautomaat (zorgt voor de inbedrijfstelling en controle van de stookoliebran- der en de veiligheidsfuncties van de cv-ketel) BUS-kabel (voor de communicatie tussen bedieningseenheid en branderautomaat) en sensorkabels (naar de cv-ketelaanvoer en rookgastemperatuursensor) Vuurhaarddeur...
Pagina 11
Gegevens betreffende het product Regelaar MX25 0010004473-002 Afb. 6 Regelaar MX25 met bedieningseenheid – bedieningselementen Hoofdschakelaar Zekering 6,3 A fav-toets (favorietenfuncties) man-toets (handbediening) auto-toets (automatisch bedrijf) menu-toets (menu's oproepen) info-toets (informatiemenu en help) Terug-toets Netwerkaansluiting (RJ45) (alleen aanwezig met IP-Inside rege- laars) [10] Keuzeknop [11] Schoorsteenveger-, reset- en noodbedrijftoets...
Productgegevens voor energieverbruik Productgegevens voor energieverbruik Voorschriften De productgegevens voor het energieverbruik vindt u in de bedienings- Normen en richtlijnen handleiding voor de gebruiker. Bij de installatie en het bedrijf van de cv-installatie moeten de specifieke nationale voorschriften en normen gerespecteerd worden: •...
Voorschriften Waterkwaliteit Vorstbeveiliging (vul- en bijvulwater) OPMERKING: Niet geschikt of vervuild water kan storingen aan de cv-ketel en schade Schade aan de installatie door bevriezen! aan de warmtewisselaar of de warmwatervoorziening veroorzaken door onder andere slibvorming, corrosie of verkalking. De cv-ketel is uitgerust met een ingebouwde vorstbeveiligingsfunctie. Om de cv-ketel over de gehele levensduur tegen kalkschade te bescher- ▶...
Transport Transport CV-ketel transporteren VOORZICHTIG: Om de cv-ketel te kunnen tillen en dragen, moeten eerst de mantelvoor- Gevaar voor lichamelijk letsel door dragen van zware lasten! wand en de zijwanden worden weggenomen. ▶ Borgschroeven voor losdraaien. Verkeerd tillen en dragen van zware lasten kan lichamelijk letsel tot ge- volg hebben.
Installatie Installatie Gereedschap, materialen en hulpmiddelen Voor de montage en het onderhoud van de cv-ketel heeft u het stan- daardgereedschap nodig voor stookolie- en waterinstallaties. Bovendien is een steekwagen met spangordel zinvol voor het transport. Opstellingsruimte OPMERKING: Materiële schade door vorst! ▶...
Installatie Ketel uitlijnen 6.4.1 Stelpoten bij vloerstaande cv-ketel monteren 6.4.2 CV-ketel op de sokkel of de boiler monteren Wanneer de cv-ketel direct op de vloer staat: De stelpoten voor de bevestiging van de cv-ketel zijn al op de sokkel of de boiler gemonteerd.
Installatie Verbrandingslucht-/rookgasafvoerleiding aansluiten Maximaal toegestane, rechte bouwlengte van de rookgasafvoer- buis met rookgasafvoersysteem kunststof DN 80/125 De fabrikant levert systeemgecertificeerde rookgasafvoerinstallaties, Keteltype OC8000F 19 OC8000F die speciaal op de lagere rookgastemperaturen van deze cv-ketel zijn af- gestemd. Deze rookgasafvoersystemen zijn voor open en gesloten syste- men leverbaar.
Installatie Condensafvoer Waarborg, dat door een goed gemonteerde condenswaterafvoer geen ▶ Golfslang met de afvoer of een neutralisatie [4] verbinden. condensaat de cv-ketel in kan lopen. Om het terugstromen van het condenswater in de cv-ketel te verhin- deren, golfslang onder afschot vanaf de cv-ketel en zonder knikken installeren.
Installatie Hydraulische aansluiting CV-installatie vullen en dichtheid controleren Opdat er geen lekken zouden optreden tijdens het bedrijf, moet de cv-in- stallatie voor de inbedrijfstelling op dichtheid gecontroleerd worden. Voor de standaardaansluitingen met de cv-circuitset of de boiler levert ▶ Pers de cv-installatie af met een druk die overeenstemt met de ope- de fabrikant voorgemonteerde leidinggroepen als toebehoren.
Installatie Installatie voor olietoevoer dimensioneren, controle- ren en aansluiten 6.9.1 Olietoevoerleidingen dimensioneren De olietoevoerinstallatie bestaat uit de tank en het leidingsysteem. ▶ Dimensioneer de olietoevoerinstallatie zodanig, dat een minimale olietemperatuur van 5 °C aan de brander niet wordt overschreden. De brander wordt in een éénpijpsysteem aangesloten. Bij toepassing van het éénpijpsysteem worden de aanzuigleiding en de retourleiding aange- sloten aan een stookoliefilter (werd in de fabriek reeds gemonteerd) met een retourgeleiding.
Pagina 21
Installatie Eenpijpsysteem, stookoliefilter met retourtoevoer, olietank boven Eenpijpsysteem, stookoliefilter met retourtoevoer, olietank onder de oliepomp de oliepomp Afb. 20 Dimensionering van de olietoevoerinstallatie, olietank boven de Afb. 21 Dimensionering van de olietoevoerinstallatie, olietank onder de oliepomp oliepomp Maximale aanzuighoogte Maximale aanzuighoogte Verschilhoogte tussen oliepomp en niveau in de tank Verschilhoogte tussen oliepomp en niveau in de tank (...
Installatie 6.9.2 Antihevelklep In tankinstallaties, waarbij het hoogst mogelijke stookoliepeil in de tank Installatie van de veiligheidsvoorzieningen hoger ligt dan het laagste punt van de zuigleiding, moet als veiligheidsin- Respecteer bij de installatie, dat de onderdruk aan de zuigzijde op de richting een antihevelventiel worden geïnstalleerd.
Installatie 6.9.4 Installatie voor olietoevoer aansluiten 6.10 Elektrische aansluiting De cv-ketel is pas met de geïnstalleerde regelaar volledig functioneel. De brander wordt in een éénpijpsysteem aangesloten. De afsluitkraan GEVAAR: voor de stookolie bevindt zich boven op de cv-ketel [3]. Levensgevaar door elektrische stroom! ▶...
Installatie ▶ Klap de afdekkap naar achteren open en wegnemen. 0010004481-002 Afb. 25 Demonteren afdekkap 6.10.2 Functiemodule uit de behuizing verwijderen Voordat de functiemodules kunnen worden geplaatst ( afb. 29, ▶ Behuizing openen. pagina 25), moeten deze uit de behuizing ( afb. 26) respectievelijk basisdrager (...
Installatie 6.10.3 Functiemodule insteken 6.10.4 Trekontlasting plaatsen In totaal kunnen 2 functiemodules (bijvoorbeeld Mx100) in de regelaar ▶ Alle elektrische kabels met kabelhouders beveiligen (leveringsom- op de modulehouder worden geïntegreerd en in combinatie met een be- vang). dieningseenheid (CW 400/CW 800) worden gebruikt. Voor aanvullende ▶...
In bedrijf nemen In bedrijf nemen Regelaar en brander in bedrijf stellen GEVAAR: 7.1.1 Elektrische stekkerverbindingen controleren Levensgevaar door elektrische stroom bij geopende cv-ketel! ▶ Voor het starten van de brander controleren of alle elektrische stek- ▶ Voordat de cv-ketel wordt geopend: kerverbindingen correct zijn geplaatst.
In bedrijf nemen 7.1.4 Brander starten ▶ Hoofdschakelaar op de regelaar [1] op "I" zetten. ▶ Open de afsluitkraan voor de stookolie [3]. Stel de brander voor de eerste inbedrijfstelling in werking via de "rook- gastest" van de bedieningseenheid. ▶ Schoorsteenvegertoets op regelaar indrukken. Op het display verschijnt het symbool .
Noodbedrijf is actief Externe warmtevraag Status bedieningseenheid Een communicatiemodule is in het systeem aanwezig en een verbinding met de Bosch/ Junkers-server is actief. Toetsblokkering is actief (auto-toets en keuze- knop ingedrukt houden, om de toetsblokke- ring in of uit te schakelen).
In bedrijf nemen 7.1.7 Configuratieassistent en inbedrijfstellingsmenu ▶ Om het handmatige zomerbedrijf te activeren in het menu Hoofdmenu > Verw > Zomer/winter-omsch. onder het menupunt De configuratieassistent herkent automatisch welke BUS-deelnemers in Zomer/winter-omsch. de instelling Permanent zomer kiezen en be- de installatie zijn geïnstalleerd.
In bedrijf nemen 7.1.10 Warmwaterbereiding in- en uitschakelen ▶ Temperatuur instellen en bevestigen. ▶ Hoofdmenu openen. ▶ Menu Warmteproducent kiezen en bevestigen. ▶ Warm water kiezen en bevestigen. ▶ Aan of Uit kiezen en bevestigen. 0010005622-001 Afb. 45 Maximale warmwatertemperatuur instellen 0010005620-001 Afhankelijk van de software-versie van de bedieningseenheid is het be- Afb.
In bedrijf nemen 7.1.13 Vorstbeveiliging instellen 7.1.14 Schoorsteenvegerbedrijf Vorstbeveiliging voor de cv-installatie OPMERKING: Schade aan de installatie door te hoge temperaturen! OPMERKING: Wanneer de cv-ketel met maximaal vermogen wordt gebruikt, kan het Schade aan de installatie door vorst! zijn dat de aanvoertemperatuur te hoog is. Wanneer de ketel is uitgeschakeld (spanningsloos), is geen vorstbeveili- ▶...
In bedrijf nemen 7.1.15 Noodbedrijf (handmatig bedrijf) ▶ Ja kiezen en bevestigen. In noodbedrijf verwarmt de ketel. De brander is in bedrijf, tot de voor het noodbedrijf ingestelde aanvoertemperatuur is bereikt. De warmwater- bereiding is niet actief. Het noodbedrijf geldt alleen voor cv-circuit 1. Voor het noodbedrijf moet het cv-bedrijf ingeschakeld zijn (...
In bedrijf nemen Vacuüm controleren Dichtheid van de aanzuigleiding controleren Het maximaal toegestane vacuüm is afhankelijk van de opbouw van de in- De dichtheid van de aanzuigleiding kan met een vacuümmeter en een stallatie voor olietoevoer en het niveau van de olietank. 1 m lange transparante slang d = 12 mm (toebehoren) worden geme- ten.
In bedrijf nemen Meetwaarden opnemen of corrigeren De meetwaarden moeten voor de eerste trap en de tweede trap in de mo- 7.6.2 Bijregelen bij afwijkingen dus schoorsteenvegerbedrijf opgemeten worden, aangezien in die mo- Bij afwijkingen van de technische gegevens ( tabel 36, pagina 65) dus een gedefinieerde werking van de eerste en tweede brandertrap gaat u als volgt tewerk: mogelijk is.
Pagina 35
In bedrijf nemen Wanneer het voorziene CO -gehalte niet wordt bereikt binnen de gren- Ionisatiestroom meten zen van de oliedruk, moet de luchtinstelling voor de tweede of de eerste ▶ Servicemenu openen. trap worden gecorrigeerd via de bedieningseenheid als volgt: ▶...
Buitenbedrijfstelling Verwarmingsketel op rookgaszijdige dichtheid con- Buitenbedrijfstelling troleren CV-installatie via de regelaar buiten bedrijf stellen GEVAAR: De cv-installatie via de hoofdschakelaar van de regelaar MX25 buiten be- Vergiftigingsgevaar door ontsnappend rookgas! drijf stellen. De brander schakelt automatisch ook uit. ▶ Vuurhaarddeur op lekdichtheid aan de rookgaszijde controleren. ▶...
thermische desinfectie thermische desinfectie WAARSCHUWING: Verbranding door heet water! Heet water kan zware brandwonden veroorzaken. ▶ Bewoners wijzen op het verbrandingsgevaar. ▶ Thermische desinfectie buiten de normale gebruikstijden uitvoeren. Om een bacteriële verontreiniging van het warm water door bijvoorbeeld legionella te voorkomen, adviseren wij om na langere perioden van stil- stand een thermische desinfectie uit te voeren.
Instellingen in het servicemenu Instellingen in het servicemenu 10.1 Servicemenu bedienen 10.2.2 Menu ketelgegevens ▶ Servicemenu openen. Met het servicemenu is comfortabel instellen en controleren mogelijk van alle voor de installatie relevante gegevens en dit menu bevat functies ▶ Menu Instellingen verwarming kiezen en bevestigen. afhankelijk van de ketel.
Instellingen in het servicemenu 10.2.3 Menu cv-circuit 1...8 10.2.4 Menu warm water ▶ Servicemenu openen. ▶ Servicemenu openen. ▶ Menu Instellingen verwarming kiezen en bevestigen. ▶ Menu Instellingen warm water kiezen en bevestigen. ▶ Menu cv-circuit 1...8 kiezen en bevestigen. ▶...
Instellingen in het servicemenu 10.2.5 Menu monitorwaarden 10.2.7 Menu functietest Om een menupunt binnen dit menu op te roepen: Om de functietest van een onderdeel of een module te kunnen actieve- ren, moeten de functietesten zijn geactiveerd: ▶ Servicemenu openen. ▶...
Milieubescherming en recyclage Milieubescherming en recyclage Inspectie en onderhoud Milieubescherming is een ondernemingsprincipe van de Bosch-groep. 12.1 Algemene aanwijzingen Kwaliteit van de producten, rendement en milieubescherming zijn even belangrijke doelen voor ons. Wetten en voorschriften op het gebied van Waarom is regelmatig onderhoud belangrijk? de milieubescherming worden strikt gerespecteerd.
Inspectie en onderhoud 12.2.3 Vuurhaarddeur en brander controleren 12.2.5 Brander in servicepositie zetten ▶ Mantel voorwand demonteren. ▶ Vuurhaarddeur en brander controleren op zichtbare vervuiling en schade. Let op stof, corrosie en defecten van olieleidingen, stroom- Door het uitdraaien van de schroeven van de bajonetbevestiging met kabels, behuizingen en mantels.
Inspectie en onderhoud 12.2.7 Mengsysteem controleren 12.2.8 Sproeier vervangen Wij raden u aan om bij het onderhoud de inspuiter te vervangen OPMERKING: ( tabel 40, pagina 69). Schade aan de installatie door defecte ontstekingskabel! ▶ De ontstekingskabel niet met een tang lostrekken of bevestigen. Voor deze brander mogen uitsluitend de in de tabel (tabel 40, pagina Het is normaal dat er zich een dunne zwarte laag op het mengsysteem be- 69) vrijgegeven inspuiters worden gebruikt.
Inspectie en onderhoud 12.2.9 Afsluitklep in de olievoorverwarmer controleren 12.2.10 Branderbuis controleren De afsluitklep [3] in de olievoorverwarmer functioneert als een terug- slagklep. Wanneer de oliepomp in bedrijf is, drukt deze de stookolie door de afsluitklep. Als de pomp uitschakelt, sluit de afsluitklep via een veer De branderbuis steekt spanningsloos in de steunbuis.
Inspectie en onderhoud 12.2.11 Brander monteren en afdichting controleren 12.2.12 Filter van de oliepomp reinigen ▶ Dichting [2] tussen mengsysteem en branderbuis controleren en eventueel vervangen. Wanneer olie op een ondergebouwde boiler druppelt, dan veroorzaakt dit permanente geurvorming. Beschadigde afdichtingen moeten worden vervangen: ▶...
Inspectie en onderhoud 12.2.13 Filterelement vervangen Om verstoppingen van de sproeier te vermijden, raden wij u aan om filte- Wanneer u de cv-ketel vlak na het vervangen van het filterelement reinigt, relementen van sinterkunststof (SiKu) te gebruiken. De oliefilterelemen- kan de vuurhaarddeur open blijven. Anders moet het onderhoud worden afgerond ( hoofdstuk 12.4.1, pagina 49).
Inspectie en onderhoud 12.3 CV-ketel met reinigingsborstels reinigen ▶ Reinigingsborstels van boven in de stookgaskanalen invoeren en naar onderen doorborstelen. GEVAAR: Levensgevaar door elektrische stroom bij geopende cv-ketel! ▶ Brander via de warmtevraag uitschakelen ( hoofdstuk 8.1, pagina 36). ▶ Ventilator laten nablazen. ▶...
Inspectie en onderhoud 12.4 CV-ketel nat reinigen ▶ Rookgasgeluiddemper monteren. GEVAAR: ▶ Schakel de cv-installatie in. Levensgevaar door elektrische stroom bij geopende cv-ketel! ▶ Verwarm de cv-ketel naar een keteltemperatuur van minimaal 70 °C. ▶ Laat het reinigingsmiddel inwerken volgens de instructies van de fa- ▶...
Inspectie en onderhoud 12.4.1 Reiniging beëindigen 12.4.3 Elektrische aansluitingen weer tot stand brengen ▶ Turbulatoren insteken. ▶ Elektrische aansluitingen tot stand brengen. ▶ Controleer alle verbindingen. OPMERKING: 12.4.4 Brander weer in bedrijf nemen Schade aan de installatie door te hoge rookgastemperatuur bij ont- ▶...
Inspectie en onderhoud 12.5 Waterdruk van de cv-installatie controleren OPMERKING: De rode wijzer van de manometer [1] moet op de voor de cv-installatie Materiële schade door temperatuurspanningen! benodigde waterdruk zijn ingesteld. Bij gesloten cv-installaties moet de manometerwijzer [2] boven de rode Bij het bijvullen van koud cv-water in een hete ketel kunnen thermische wijzer staan.
Inspectie en onderhoud 12.8 Behoefteafhankelijke onderhoudswerkzaamheden Wanneer u bij de metingen vaststelt dat de fotocelstroom afwijkt van de Bij vervuiling van de spiegel moet de houder worden gedemonteerd. Om technische gegevens ( tab. 40, pagina 69), dan moet u de houder van de spiegel te reinigen: de fotocel op vervuiling controleren.
Pagina 52
Inspectie en onderhoud Wanneer de meetwaarde nog steeds niet correct is ( tabel 40, pagina 69): ▶ Positie van de houder controleren. ▶ Eventueel de fotocel vervangen. 7 747 150 347-39.2T Afb. 83 Demonteer het mengsysteem Ontstekingselektrode Schroef mengsysteem Inbussleutel ontstekingsleidingen ▶...
Inspectie en onderhoud 12.9 Inspectie- en onderhoudsprotocollen De inspectie- en onderhoudsprotocollen geven een overzicht van de be- nodigde inspectie en het onderhoud. ▶ Uitgevoerde werkzaamheden in de protocollen noteren. Na afronding van de werkzaamheden: ▶ Protocol ondertekenen. Inspecties Pagina Datum: Datum: Algemene toestand van de cv-installatie controleren Voer een visuele inspectie en een werkingscontrole van de cv-installa-...
Pagina 54
Inspectie en onderhoud Behoefteafhankelijke onderhoudswerkzaamheden Pagina Datum: Datum: CV-installatie buiten bedrijf stellen Pagina 34 CV-ketel met reinigingsborstels reinigen Pagina 34 CV-ketel nat reinigen Pagina 35 Dichtingen en afdichtingskoorden op de brander controleren en even- tueel vervangen Dichting op de rookgasgeluiddemper controleren en eventueel vervan- Inspectieglas afdichten tegen rookgassen CV-installatie in bedrijf stellen Pagina 34...
Digitale branderautomaat bedienen Digitale branderautomaat bedienen 13.1 Programmaverloop 13.2 bedrijfsindicatie De LED op de branderautomaat geeft de actuele bedrijfstoestand van de brander aan. Bedrijfstoestand Aanduiding LED Branderautomaat in bedrijf Branderautomaat in vergrendelde storingstoe- knippert langzaam stand Branderautomaat in noodbedrijf, knippert snel communicatie gestoord Branderautomaat niet in bedrijf Tabel 30 Weergave van de bedrijfstoestand via de LED...
Bedrijfs- en storingsmeldingen Bedrijfs- en storingsmeldingen 14.1 Storingsmeldingen op de bedieningseenheid 14.3 Storingen verhelpen De bedieningseenheid meldt een storing in de standaardweergave. GEVAAR: De oorzaak kan een storing van de bedieningseenheid, een component, Levensgevaar door vergiftiging! een module van de warmtebron of een verkeerde of niet toegestane in- stelling zijn.
Bedrijfs- en storingsmeldingen Wanneer een storing niet kan worden opgelost: ▶ Controleer de printplaat en vervang indien nodig. ▶ Alle instellingen naar de basisinstelling terugzetten en daarna de ge- noemde instellingen conform het inbedrijfstellingsprotocol uitvoe- ren. 0010004019-002 Afb. 87 Storingen bij de branderautomaat terugzetten “Resettoets”...
Bedrijfs- en storingsmeldingen Bedrijfscode Storings- Oorzaak Omschrijving Testprocedure/ Maatregel nummer oorzaak – Onvoldoende debiet door Temperatuurverschil tussen Aanvoertemperatuur met Pas de instelling van de ketel- de ketel. aanvoer en retour > 15 K. de bedieningseenheid con- circuitpomp aan. troleren, Temperatuurverschil tussen Oppervlaktetemperatuur van retourtemperatuur met be- aanvoer en veiligheidstempe-...
Bedrijfs- en storingsmeldingen 14.4.3 Storingsmeldingen Soort Displaycode Storingscode Omschrijving Verhelpen Geen communicatie met de branderau- Kabelverbindingen tussen branderautomaat en schakelkast tomaat. controleren, eventueel branderautomaat vervangen. Geen communicatie met de branderau- Stekkerverbindingen van de buskabel en de netkabel tussen de tomaat. branderautomaat en schakelkast controleren.
Pagina 60
Bedrijfs- en storingsmeldingen Soort Displaycode Storingscode Omschrijving Verhelpen Kortsluiting tussen Sensorkabels controleren, eventueel vervangen. temperatuursensor 1 en 2 Connectoren controleren, eventueel vervangen. Controleer de sensorwaarden, vervang eventueel de tempera- tuursensor. Controleer de spanningswaarden aan de temperatuursensor, eventueel branderautomaat vervangen. Temperatuursensor onderbroken. Sensorkabel controleren, eventueel vervangen.
Pagina 61
Bedrijfs- en storingsmeldingen Soort Displaycode Storingscode Omschrijving Verhelpen Olievoorverwarmer permanent signaal. Er komt een vrijgavesignaal van de olievoorverwarmer, hoewel de olievoorverwarmer uitgeschakeld is. Stookolie te koud. De olievoorverwarmer geeft binnen een bepaalde tijd geen sig- naal door, dat de stookolie de bedrijfstemperatuur bereikt heeft.
Bedrijfs- en storingsmeldingen Soort Displaycode Storingscode Omschrijving Verhelpen In het niveau regeling het menu "Storingsgeheugen, blokkeren- de storing" oproepen. Wanneer de storingsmelding EC/516 ac- tief is, controleer dan of magneetventiel 1 en/of 2 op de branderautomaat correct is geplaatst, eventueel corrigeren. Magneetventiel controleren, eventueel vervangen.
Bosch. In bepaalde gevallen, maar alleen indien een passende gegevens- beveiliging is gewaarborgd, kunnen persoonsgegevens worden overge- dragen aan ontvangers buiten de Europese Economische Ruimte (EER).
Bijlage Bijlage 16.1 Inbedrijfnameprotocol ▶ Uitgevoerde werkzaamheden voor de inbedrijfstelling invullen en protocol ondertekenen. Inbedrijfstellingswerkzaamheden Pagina Datum: Datum: CV-installatie met vulwater vullen Pagina 19 ____________bar ____________bar CV-installatie ontluchten Pagina 19 Aansluitingen op dichtheid controleren Pagina 20 Installatie voor olietoevoer controleren en aansluiten Pagina 20 Stookolieleiding ontluchten Pagina 32...
Bijlage 0010004482-001 Afb. 90 Zekering 0010003166-001 Zekering 6,3 A Afb. 89 Aanzicht zonder afdekkap en zonder module Insteekplaats voor 2 inklikbare functiemodules 16.4 Toegestane brandstoffen VOORZICHTIG: Persoonlijk letsel of materiële schade door ontoelaatbare brand- stoffen! Verkeerde brandstoffen beschadigen de cv-ketel en kunnen stoffen vor- men, die gevaarlijk zijn voor de gezondheid.
Bijlage 16.5 Mengsysteem brander Afb. 91 Mengsysteem brander en ontstekingselektrode Mengsysteem brander, Ø A, B, C Mengsysteem brander, maat X Ontstekingselektrode, maat L Brandertype mengsysteem Ontstekingselek- trode Materiaalnr. Ø A Ø B Ø C [mm] [mm] [mm] [mm] [mm] BZ1.0 - 19 7 747 013 551 25,0 12,0...
Bijlage 16.8 Sensorkarakteristiek Weerstandswaarden voor buitentemperatuursensor WAARSCHUWING: Weerstand [ ] Temperatuur [ °C] Levensgevaar door elektrische stroom! –40 4111 Aanraken van elektrische onderdelen die onder spanning staan kan een –35 3669 elektrische schok veroorzaken. –30 3218 ▶ Voor elke meting: schakel de cv-installatie stroomloos over alle polen. –25 2775 –20...
Pagina 72
Bosch Thermotechnology n.v./s.a. Zandvoortstraat 47 2800 Mechelen www.bosch-climate.be Dienst na verkoop (voor herstelling) Service après-vente (pour réparation) T: 015 46 57 00 www.service.bosch-climate.be service.planning@be.bosch.com Deutsche Fassung auf Anfrage erhältlich.