Werking van
interlockschakelaars
controleren
Voorzichtig
Niet-aangesloten of beschadigde
interlockschakelaars kunnen onverwachte
gevolgen hebben op de werking van de machine.
Dit kan lichamelijk letsel veroorzaken.
Laat de interlockschakelaars ongemoeid.
Controleer elke dag de werking van de
interlockschakelaars en vervang beschadigde
schakelaars voordat u de machine weer in
gebruik neemt.
Vervang schakelaars om de twee jaar ongeacht
of ze wel of niet naar behoren functioneren.
1. Zorg ervoor dat de parkeerrem in werking is gesteld en
alle omstanders buiten het maaigebied zijn. Houd uw
handen en voeten uit de buurt van de maaidekken.
2. Als de bestuurder niet op de stoel zit, de wet-knop naar
links is gedraaid, het tractiepedaal in de neutraalstand
staat, de parkeerrem in werking is gesteld en de
messenkooien zijn uitgeschakeld, behoort de motor te
starten. Als de tractiepedaal is ingetrapt of de
messenkooien zijn ingeschakeld terwijl de bestuurder
niet in de stoel zit, behoort de motor af te slaan. Verhelp
het probleem als het systeem niet naar behoren werkt.
3. Als de motor loopt, de bestuurder niet op de stoel zit en
de wet-knop naar rechts is gedraaid, mag de motor niet
afslaan als de messenkooien zijn ingeschakeld. Verhelp
het probleem als het systeem niet naar behoren werkt.
4. Als de motor loopt, de bestuurder niet op de stoel zit en
de wet-knop naar rechts is gedraaid, behoort de motor
af te slaan als het tractiepedaal is ingetrapt. Verhelp het
probleem als het systeem niet naar behoren werkt.
5. Als de bestuurder op de stoel zit, de motor loopt en de
messenkooien zijn ingeschakeld, moet het
dashboardlampje branden en moeten de motoren van de
messenkooien lopen als de hefcilinder volledig is
ingetrokken. Als de hefcilinder naar buiten is
geschoven, moet het lampje doven en moeten de
motoren van de messenkooien tot stilstand komen.
Verhelp het probleem als het systeem niet naar behoren
werkt.
6. Wanneer de bestuurder op de stoel zit, mag de motor
niet starten als de messenkooien zijn ingeschakeld of
het tractiepedaal is ingetrapt. Verhelp het probleem als
het systeem niet naar behoren werkt.
De tractie-eenheid slepen
In noodgevallen kan de machine over een korte afstand
worden gesleept. Toro adviseert echter hiervan geen
standaard procedure te maken.
Belangrijk
U mag de machine niet sneller dan 3–5 km
per uur slepen omdat hierdoor het aandrijfsysteem kan
worden beschadigd. Als de machine over een grote afstand
moet worden verplaatst, moet u deze vervoeren op een
vrachtwagen of een aanhanger.
1. Ga naar de omloopklep op de pomp (Fig. 36) en draai
deze 90 (de hendel van de omloopklep moet
horizontaal staan als de klep open is).
Figuur 36
1. Omloopklep
2. Alvorens de motor te starten, moet u deze omloopklep
sluiten door deze 90 te draaien (de hendel van de
omloopklep moet verticaal staan als de klep dicht is). U
mag de motor niet starten als de klep open is.
Gebruikseigenschappen
Voorzichtig
Deze machine stelt de bestuurder bloot aan
geluidsniveaus van meer dan 85 dBA. Bij
langdurige blootstelling kan dit leiden tot
gehoorbeschadiging.
Draag gehoorbescherming als u deze machine
gebruikt.
Oefen u in het gebruik van de machine en zorg ervoor dat u
ermee helemaal vertrouwd raakt. Omdat deze machine een
hydrostatische transmissie heeft, kunnen de
gebruikseigenschappen ervan anders zijn dan die van veel
gazonmachines. Een aantal punten waarop u moet letten bij
het gebruik van de machine, zijn de tractie-aandrijving, het
motortoerental en de belasting van de maaidekken. Om
ervoor te zorgen dat er tijdens het maaien steeds voldoende
vermogen voor de tractie-eenheid en de maaidekken is,
29
1