geleidingsdraad wordt aangesloten. Maak het oogje met
circa 20 cm/8 inch van de begrenzingsdraad.
Let op:
Maak een blauwdruk van het werkgebied
voordat u de begrenzingsdraad en de geleidingsdraad
installeert.
E
C
A
•
Plaats de begrenzingsdraad rond de hele
werkzone (A). Pas de afstand tussen de
begrenzingsdraad en de obstakels aan.
•
Zet de begrenzingsdraad 35 cm/14 inch (B) van
een hindernis af die meer dan 5 cm/2 inch hoog is.
18 - Installatie
•
D
F
•
•
B
•
•
35 cm /14
Zet de begrenzingsdraad 30 cm/12 inch (C) van
een obstakel af dat 1-5 cm/0.4-2 inch hoog is.
30 cm / 12
1-5 cm / 0.4 - 2
Zet de begrenzingsdraad 10 cm/4 inch (D) van een
hindernis af die kleiner is dan 1 cm/0.4 inch.
10 cm / 4
max 1 cm / 0.4
Als u een tegelpad op niveau van het gazon hebt,
plaatst u de begrenzingsdraad lager dan de tegels.
Let op:
Indien het tegelpad minimaal 30 cm/12
inch breed is, gebruikt u de fabrieksinstelling voor
Rijd over draad om al het gras naast het
de functie
De functie Rijd over draad
tegelpad te maaien. Zie
instellen op pagina 31 .
Als u een eiland maakt, zet u de
begrenzingsdraden die naar en van het eiland
lopen dicht bij elkaar (E). Plaats de kabels in
dezelfde kram. Zie
Een eiland maken op pagina
19 .
Maak een oogje (F) op de plaats waar de
geleidingsdraad met de begrenzingsdraad moet
worden verbonden.
1201 - 005 - 19.03.2021
"
> 5 cm / 2
"
"
"
"
"