geBRUIks- eN oNDeRHoUDs-HANDLeIDINg
Bovenstel werkzaam maken
M1
M2
M3
M4
M5
M6
Na de gondel betreden te hebben moet het volgende gecontroleerd worden:
•
of de drukknopkast op het speciale onderstel is geplaatst.
•
Indien de radiobesturing aanwezig is moet goed opgelet worden dat de
magnetische microschakelaar die op de drukknopkast aangebracht is
tegen de aanslag die op het onderstel is bevestigd aankomt.
•
Controleer of de last binnen de grenzen is en goed verdeeld is.
•
Controleer of het hekje dat toegang verleent tot het platform goed gesloten
is.
•
Controleer of de rode noodstopknop op het bedieningspaneel vanaf de
grond en op het bedieningspaneel vanuit het platform niet ingedrukt is.
•
Controleer altijd de toestand van de noodlampjes.
s6 naar voren bewegen.
Naar voren
Naar achteren
Naar voren
Naar achteren
Naar voren
Naar achteren
Naar voren
Naar achteren
Naar voren
Naar achteren
Naar voren
Naar achteren
Heffen Pantograaf
Zakken Pantograaf
Heffen hefarm
Zakken hefarm
Uit Telescopische arm
Inschuiven Telescopische arm
Heffen Giek
Zakken Giek
Gondel met de klok mee draaien
Gondel tegen de klok in draaien
Mast met de klok mee draaien
Mast tegen de klok in draaien
69
IM R15