Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Echoloodopnamen Afspelen; Radar; Radarmodus Wijzigen; Radiosignalen Uitzenden - Yamaha CL7 Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor CL7:
Inhoudsopgave

Advertenties

Echoloodopnamen afspelen

Voordat u echoloodopnamen kunt afspelen, moet u de
HomePort
toepassing downloaden en installeren, en
echoloodgegevens opnemen op een geheugenkaart.
1
Verwijder de geheugenkaart uit het toestel.
2
Plaats de geheugenkaart in een kaartlezer die is aangesloten
op een computer.
3
Open de HomePort toepassing.
4
Selecteer een echoloodopname in uw toestellijst.
5
Klik met de rechtermuisknop op de echoloodopname in het
onderste deelvenster.
6
Selecteer Speel af.
WAARSCHUWING
De scheepsradar zendt microgolfenergie uit, die een gevaar kan
vormen voor mens en dier. Controleer, vóór de radar wordt
ingeschakeld, of de directe omgeving vrij is. De radarbundel
bestrijkt een gebied van ca. 12° boven en onder de horizontale
lijn vanuit het midden van de radar.
Kijk als de radar aan het zenden is niet direct van dichtbij naar
de antenne; de ogen zijn van alle lichaamsdelen het meest
gevoelig voor elektromagnetische energie.
Wanneer u uw compatibele kaartplotter aansluit op een
optionele maritieme radar van Garmin, zoals een GMR
Fantom
6 of een GMR 24 xHD radar, kunt u meer informatie
over uw omgeving weergeven.
De radar zendt tijdens het ronddraaien in een patroon van 360°
een smalle bundel microgolfenergie uit. Wanneer die
energiebundel op een object stuit, kaatst een deel van de
energie terug naar de radar.

Radarmodus wijzigen

1
Selecteer in een combinatiescherm of SmartMode lay-out
met radar Menu > Radarmenu > Wijzig radar.
2
Selecteer een radarmodus.

Radiosignalen uitzenden

OPMERKING: Om veiligheidsredenen gaat de radar na het
opwarmen in de stand-bymodus. Dat geeft u de gelegenheid om
te controleren of de omgeving van de radar vrij is, voordat u met
de radartransmissie begint.
1
Schakel de kaartplotter uit en sluit de radar aan zoals
beschreven in de installatie-instructies van de radar.
2
Schakel de kaartplotter in.
Indien nodig, warmt de radar op en waarschuwt een
aftelsignaal u wanneer de radar gereed is.
3
Selecteer Radar.
4
Selecteer een radarmodus.
Tijdens het opstarten van de radar wordt er een aftelbericht
weergegeven.
5
Selecteer Menu > Radar zenden.

Het uitzenden van radarsignalen stopzetten

Selecteer op een radarscherm Menu > Radar in standby.
TIP: Druk op het scherm dat wordt weergegeven op
het uitzenden van radarsignalen direct stop te zetten.

De modus Gepland uitzenden instellen

Om energie te besparen kunt u tijdsintervallen instellen waarop
de radar signalen uitzendt of op stand-by staat.
OPMERKING: Deze functie is niet beschikbaar in dubbele
radarmodi.
26

Radar

1
Selecteer in een radarscherm Menu > Radaropties >
Gepland uitzenden.
2
Selecteer Gepland uitzenden om de optie in te schakelen.
3
Selecteer Stand-bytijd, voer het tijdsinterval in waarop de
radar signalen uitzendt en selecteer OK.
4
Selecteer Verzendtijd, voer de duur van elke
signaaltransmissie in en selecteer OK.

Een radarvrije zone inschakelen en aanpassen

U kunt een gebied aangeven waarin door de radarscanner geen
signalen worden verzonden.
OPMERKING: Deze functie is niet op alle radar- en
kaartplottermodellen beschikbaar.
1
Selecteer in een radarscherm Menu > Radar instellen >
Installatie > Radarvrijezone inschak..
De radarvrije zone is het gearceerde gebied op het
radarscherm.
2
Selecteer Pas radarvrije zone aan > Verpl. radarvrije zone.
3
Selecteer Hoek 1 en daarna de nieuwe locatie voor de eerste
hoek.
4
Selecteer Hoek 2 en daarna de nieuwe locatie voor de
tweede hoek.
5
Selecteer OK.

Het radarbereik aanpassen

Het bereik van het radarsignaal geeft de lengte van het
impulssignaal aan dat door de radar wordt verzonden en
ontvangen. Als het bereik groter wordt, zendt de radar langere
pulsen uit om verre objecten te kunnen bereiken. Objecten die
dichterbij zijn, zoals vooral regen en golven, weerkaatsen ook
de langere pulsen en dat geeft ruis op het radarscherm. Als
informatie over objecten die zich verder weg bevinden op het
scherm wordt weergegeven, is er minder ruimte op het scherm
beschikbaar voor het weergeven van informatie over objecten
die zich dichterbij bevinden.
• Selecteer
• Selecteer

Tips voor het selecteren van een radarbereik

• Bepaal eerst welke informatie u op het radarscherm wilt
kunnen bekijken.
Wilt u bijvoorbeeld informatie over het weer of informatie over
objecten en scheepsverkeer dichtbij, of hebt u meer aan
informatie over weersomstandigheden verder weg?
• Evalueer de omstandigheden van de omgeving waarin u de
radar gaat gebruiken.
Vooral bij zeer slechte weersomstandigheden kunnen
radarsignalen met een lang bereik het radarscherm
onoverzichtelijker maken, waardoor het lastiger wordt om de
informatie over objecten in de onmiddellijke nabijheid van uw
schip goed te kunnen interpreteren. Bij regen kunt u met
radarsignalen met een kort bereik objecten in de buurt
duidelijker zien, mits de instelling voor regenruis optimaal is
geconfigureerd.
• Selecteer het kortste effectieve bereik voor de radar,
gebaseerd op de reden van uw gebruik van de radar en de
op dat moment geldende omstandigheden.

Het radarscherm in- en uitzoomen

om
• Knijp twee vingers samen om uit te zoomen.
• Spreid twee vingers uit elkaar om in te zoomen.
• Sleep het scherm om het te verschuiven en selecteer zo
nodig
of
om het bereik te verkleinen.
om het bereik te vergroten.
om te zoomen.
Radar

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave