Tabel 6
Aanbevolen afstanden tussen
draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur en de GH3 .
De GH3 is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving waar de uitgestraalde RF
storingen onder controle zijn. De klant of de gebruiker van de GH3 kan elektromagnetische interferentie
helpen te voorkomen door een minimumafstand aan te houden tussen draagbare en mobiele RF-
communicatieapparatuur (zenders) en de GH3 volgens de onderstaande aanbevelingen, afhankelijk van
het maximale uitgangsvermogen van de communicatieapparatuur
Nominaal maximaal
uitgangsvermogen
van de zender
W
0,01
0,1
1
10
100
Voor zenders waarvan het maximale uitgangsvermogen hierboven niet vermeld staat, kan de
aanbevolen scheidingsafstand d in meters (m) worden geschat aan de hand van de vergelijking voor de
zenderfrequentie, waarbij P het nominale maximale uitgangsvermogen voor de zender in watt (W) is,
volgens de zenderfabrikant.
OPMERKING 1 Bij 80 MHz en 800 MHz is de scheidingsafstand voor het hogere frequentiebereik van
toepassing.
OPMERKING 2 Deze richtlijnen zijn mogelijk niet in alle situaties van toepassing. Elektromagnetische
overdracht wordt beïnvloed door absorptie door en weerkaatsing van structuren, objecten en personen.
Afstand op basis van de frequentie van de zender
150 kHz tot 80 MHz
d=1,2√P
0,12
0,38
1,2
3,8
12
m
80 MHz tot 800 MHz
d=1,2√P
0,12
0,38
1,2
3,8
12
51
800 MHz tot 2,5 GHz
d=2,3√P
0,23
0,73
2,3
7,3
23