9.2.2.2 Bedrijfsmodi van de elementen van de melderstructuur
Building Technologies
Fire Safety & Security Products
Kanaal
Het kanaal in 'Melder structuur' vertegenwoordigt de functionaliteit van de ingangen
en uitgangen van een C-NET-apparaat.
'Bouwdeel'
'Dagorganisatie in'
In de bedrijfsmodus 'Dagorganisatie in' is er een gebruiker ter plaatse die een
brandlocatie kan achterhalen. De melders hebben hun normale gevoeligheid
overeenkomstig de bijbehorende parameterrecord.
'Doormeldvertraging uit'
In de bedrijfsmodus 'Doormeldvertraging uit' is geen gebruiker aanwezig, die
een brandlocatie kan achterhalen. De gevoeligheid van de melders of hun
parametersets kunnen door het omschakelen naar de bedrijfsmodus
'Doormeldvertraging uit' worden verhoogd.
De instellingen voor de bedrijfsmodi 'Dagorganisatie in'/'Doormeldvertraging uit' zijn
in het hoofdstuk Alarm Verificatie Concept (AVC)" gedefinieerd.
'Groep'
Ingeschakeld (normaal bedrijf)
Bij normaal bedrijf worden gevarenniveaus beoordeeld en 'ALARMEN'
gegenereerd. De melders hebben hun normale gevoeligheid overeenkomstig
de ingestelde parameterrecord.
Uitgeschakeld
Als een 'Groep' is uitgeschakeld, zijn de aan de 'Groep' toegewezen kanalen
uitgeschakeld. Er worden geen signalen beoordeeld, geen gevarenniveaus en
geen 'Storingen'.
Er zijn twee uitschakelfuncties:
‒ Uitschakeling zonder tijdbegrenzing
‒ Uitschakeling met tijdbegrenzing
''--Renovatie mode'
Om bij renovatiewerkzaamheden – met mogelijke emissies –
ongewenste/onechte brandmelding te voorkomen, kan voor 'Groep' de
parameterset ''--Renovatie mode' worden ingesteld. Daarbij worden de melders
met een geringe gevoeligheid bediend. In de bedrijfsmodus ''--Renovatie mode'
worden gevarenniveaus beoordeeld.
Beschrijving van het systeem
A6V10211076_a_nl_NL
30.05.2009
125