9.2
Topologie
Building Technologies
Fire Safety & Security Products
Alarmering
De verschillende brandalarmmeldingen en systeemgebeurtenissen worden
onafhankelijk van elkaar geverifieerd. Afhankelijk van de configuratie wordt een
interne alarmering geactiveerd of wordt er een direct of vertraagd doormeldalarm
geactiveerd.
Interne alarmering:
Interne alarmeringsmiddelen (bijv. akoestisch of optisch) worden aangestuurd,
zodat snel hulp van het beschikbare interventiepersoneel (bijv.
bedrijfsmedewerkers) kan worden ingeroepen en personen kunnen worden
gewaarschuwd voor mogelijk brandgevaar.
Doormeldalarm:
Externe alarmeringsmiddelen (bijv. doormelding) worden aangestuurd en
externe interventieplaatsen (bijv. brandweer) worden gealarmeerd.
De volgende punten hebben invloed op het type alarmering:
configuratie van het alarmeringsverloop
stand van de bedrijfsmodus 'Dagorganisatie in'/'Doormeldvertraging uit'
‒ 'Dagorganisatie in': personeel is ter plaatse aanwezig
‒ 'Doormeldvertraging uit': er is geen personeel ter plaatse
Soort alarmactivering (automatisch of handmatig)
Sturing
In geval van brand is het zinvol, dat de eerste, doorslaggevende maatregelen
automatisch worden opgestart. Automatische maatregelen worden uitgevoerd met
de sturingen, bijvoorbeeld met de sturing van interne technische voorzieningen, de
ontruimingssturing of de blussturing.
De configuratie van een FS720-brandmeldinstallatie wordt in een boomstructuur
met de volgende drie structuren afgebeeld.
'Hardware structuur'
'Melder structuur'
'Sturing structuur'
De boomstructuur wordt door de opbouw en configuratie van de
brandmeldinstallatie aangemaakt en de afzonderlijke structuren worden via de
kanalen met elkaar verbonden.
Door de topologie met de hiërarchie en groeperingen kunnen gebeurtenissen
geografisch ingedeeld en dienovereenkomstig weergegeven worden. Voor de
bediening is het zo ook mogelijk, commando's van samengevoegde onderdelen
van de installatie af te geven.
Beschrijving van het systeem
A6V10211076_a_nl_NL
30.05.2009
121