INSTALLATIE VAN EENHEID BINNEN
42
Ventilatievoorwaarden
• Twee ventilatie-openingen, een aan de onderkant, een aan de bovenkant, voor
ventilatidoeleinden, worden gemaakt tussen kamer A en kamer B.
• Opening aan de onderkant :
- Moet voldoen aan de minimum ruimtevoorwaaarden van Anv
- De opening moet geplaatst zijn op 300 mm van de vloer
- Minimaal 50% vereiste openingsruimte moet 200 mm van de vloer zijn
- De onderkant van de opening mag niet hoger zijn dan het vrijgavepunt als de unit is
geïnstalleerd en moet op 100 mm boven de vloer zijn geplaatst
- Moet zo dicht mogelijk bij de vloer en lager dan h0 geplaatst zijn.
(h
= Installatiehoogte, de waarde van h
0
• Opening aan de bovenkant :
- De totale grootte van de opening aan de bovenkant moet groter zijn dan 50% van Anv
- De opening moet op 1.500 mm boven de vloer zijn geplaatst
• De hoogte van de openingen tussen de muur en de vloer die de kamers verbindt moet minder
bedragen dan 20 mm
• De ventilatie-openingen naar buiten worden NIET beschouwd als geschikte
ventilatie-openingen (de gebruiker kan ze bij koude blokkeren)
Tabel 1 Maximum toegestane koelmiddellast in een kamer
2
A
(m
)
room
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
OPMERKING
• De waarde van "Installatiehoogte (h
voldoen aan IEC 60335-2-40:2013 A1 2016 Artikel GG2.
• Voor tussenliggende A
waarde van de tabel wordt gebruikt.
(Als A
=10,5 m
kamer A
in deze unit wordt beschouwd als 1.2 m)
0
Maximum koelmiddellast in een kamer m
)" in deze unit wordt beschouwd als 1 200 mm om te
0
waarden, de waarde die overeenkomt met de laagste A
kamer A
2
, gebruik de waarde die overeenkomt met A
min
Op basis van h
1.2 m
0
0.28
0.55
0.83
1.11
1.38
1.66
1.81
1.94
2.06
2.17
2.27
2.37
2.47
2.57
2.66
2.74
2.83
2.91
2.99
3.07
3.14
= 10 m
kamer A
min
(kg)
max
kamer A
2
.)