Gebruiksaanwijzing – Dutch
Pagina 17
Functionele beschrijving generatorregelaar
Voor een veilig gebruik van de KWG generator moet de generatorregelaar KWG-GR-
xxx worden gebruikt. De spanningsregelaar is afgestemd op het betreffende
generatortype voor een veilige en stabiele werking. Het systeem is stabiel in alle
bedrijfsomstandigheden en zorgt ervoor dat zowel de richtlijnen als de eisen van de
toepassing worden nageleefd. Aanpassingen kunnen alleen bij KWG worden
uitgevoerd, aangezien alle parameters worden gedigitaliseerd en opgeslagen in de
software van de generator.
Bedrijfsmodi zoals overbelasting, te laag toerental, onbelast, eenfasige belasting en
belastingen met cos phi < 1 worden automatisch door de generatorregelaar gedetecteerd
en er wordt dienovereenkomstig op gereageerd.
ATTENTIE: Het is niet raadzaam de generator onnodig op ondertoeren te laten draaien,
omdat deze werkingswijze door het principe meer bekrachtiging vergt en het
bekrachtigingssysteem en de gehele generator onnodig opwarmt.
De generator governor wordt op de generator aangesloten door middel van AMP-
MATE-N-LOK connectoren.
Gebruik van de potentiometers
Op de generatorregelaar is het mogelijk de uitgangsspanning in een bereik van +/- 10%
(type-specifiek) in te stellen door middel van TR1. Rechtsom draaien verhoogt de
uitgangsspanning, linksom draaien verlaagt hem. De generatorregelaars van KWG
regelen de uitgangsspanning op het gemiddelde (AVG), maar ze bieden ook de
mogelijkheid om de uitgangsspanning op de werkelijke effectieve waarde (TRUE-
RMS) te regelen. Daarom is het belangrijk dat de generatorspanning tijdens het
afstellen wordt gemeten met een TRUE-RMS / AVG-meetinstrument.
Thermische bescherming
Alle KWG generator governors zijn temperatuur beschermd. De temperatuur in de
generatorregelaar wordt gemeten. De drempelwaarde hiervoor is 85°C. Als de
temperatuur deze drempel overschrijdt, wordt het uitgangsvermogen verlaagd totdat
weer een maximum van 85°C wordt bereikt.
Interface-opties
De KWG generator controller heeft vele input/output interfaces. Naast de standaard
CAN-bus op de DVR zijn er de volgende opties:
- stroomsensor
- relaisuitgang 1 als normaal open contact
- directe mogelijkheid van spanningsvoorziening voor 24V actuator -
analoge spanningsingang 0-10V DC -
digitale spanningsingang 12/24V DC
- digitale uitgang (vrije optocoupler)
- interface naar de KWG eilandmonitor.
Deze standaardopties en andere speciale opties kunnen rechtstreeks bij KWG worden
aangevraagd.
Inductieve/capacitieve belasting
De generatorsystemen van KWG zijn standaard ontworpen voor zowel inductieve als
capacitieve belastingen van 0,8 - 1.
Voor niet-ohmige belastingen die dit overschrijden, moeten de overeenkomstige
deratingtabellen bij KWG worden aangevraagd.