VI. CONTROLLER FUNCTIES
1.
OPERATIE MODUS
Deze functie maakt activering van de geselecteerde bedrijfsmodus mogelijk.
➢ Normale modus - de ingestelde temperatuur hangt af van het ingestelde schema
➢ Vakantiemodus - de ingestelde temperatuur hangt af van de instellingen van deze modus
Menu → Monteursmenu → Zones → Zone... → Instellingen → Temperatuurinstellingen > Vakantiemodus
➢ Eco-modus – de ingestelde temperatuur hangt af van de instellingen van deze modus
Menu → Monteursmenu → Zones → Zone... → Instellingen → Temperatuurinstellingen > Ecomodus
➢ Comfort mode – de ingestelde temperatuur hangt af van de instellingen van deze modus
Menu → Monteursmenu → Zones → Zone... → Instellingen → Temperatuurinstellingen > Comfortmodus
LET OP
•
Het wijzigen van de modus naar vakantie, economy en comfort geldt voor alle zones. Het is alleen mogelijk de
insteltemperatuur van de geselecteerde modus voor een bepaalde zone te wijzigen.
•
In een andere bedrijfsmodus dan normaal is het niet mogelijk om de ingestelde temperatuur te wijzigen vanaf de
kamerregelaar.
2.
ZONES
➢ Aan
Om de zone als actief op het scherm weer te geven, moet u er een sensor in registreren (zie: monteursmenu). Met deze
functie kunt u de zone uitschakelen en de parameters op het hoofdscherm verbergen.
➢ Ingestelde temperatuur
De ingestelde temperatuur in de zone vloeit voort uit de instellingen van een specifieke werkingsmodus in de zone, d.w.z.
het weekschema. Het is echter mogelijk het schema uit te schakelen en een aparte temperatuur en duur van deze
temperatuur in te stellen. Daarna zal de ingestelde temperatuur in de zone afhankelijk zijn van de eerder ingestelde modus.
Op het hoofdscherm wordt voortdurend de ingestelde temperatuur weergegeven, samen met de tijd tot het einde van de
geldigheid ervan.
LET OP
In het geval dat de duur van een bepaalde insteltemperatuur wordt ingesteld op CON, geldt deze temperatuur voor
onbepaalde tijd (constante temperatuur).
➢ Operatie modus
De gebruiker kan de bedrijfsmodusinstellingen voor de zone bekijken en bewerken.
•
Lokaal Schema - Schema-instellingen die alleen voor deze zone gelden
•
Global Schedule 1-5 - Deze schema-instellingen gelden voor alle zones, waar ze actief zijn.
•
Constante temperatuur (CON) - Met deze functie kunt u een afzonderlijke temperatuurwaarde instellen die in een
bepaalde zone permanent geldig is, ongeacht het tijdstip van de dag.
•
Met tijdsbeperking - met deze functie kunt u een afzonderlijke temperatuur instellen die slechts gedurende een
bepaalde periode geldig is. Na deze tijd zal de temperatuur voortvloeien uit de eerder geldende modus (schema of
constant zonder tijdsbeperking).