2.Luchtfilter reinigen
Een vervuild luchtfilter beperkt de hoeveelheid lucht die naar de
carburateur stroomt. Reinig het luchtfilter regelmatig om defecten aan
de carburateur te voorkomen. Voer het onderhoud vaker uit als de
pomp in stoffige gebieden wordt gebruikt.
WAARSCHUWING
Gebruik voor het reinigen geen benzine of oplosmiddelen met een
laag vlampunt. Deze zijn licht ontvlambaar en onder bepaalde
omstandigheden explosief.
VOORZICHTIG:
Laat de pomp nooit draaien zonder luchtfilter. Door verontreinigingen
als stof en vuil die door de motor aangezogen worden zal deze sneller
slijten.
1.Verwijder het luchtfilterdeksel (zie pagina 15).
2.Reinig het luchtfilterelement in warm zeepsop, spoel het schoon en
laat het drogen. Of reinig het filter in een oplosmiddel dat niet
brandbaar is of een hoog vlampunt heeft en laat het drogen.
3.Dompel het luchtfilterelement in schone motorolie en knijp er
vervolgens alle overtollige olie uit. De motor zal bij de eerstvolgende
start veel rook afgeven als er te veel olie in het schuimrubber
achterblijft.
Schoon
maken
4.Verwijder met een vochtige doek het stof van het luchtfilterhuis
en -deksel. Zorg ervoor dat er geen vuil in de carburateur komt.
5.Plaats het luchtfilterelement terug (zie pagina 15).
28
Uitknijpen en
drogen
Niet uitwringen.
In olie
dippen
Niet uitwringen.
Uitknijpen