1.Plaats de pomp horizontaal op een vlakke ondergrond.
2.Verwijder de olievuldop.
3.Controleer het oliepeil. Als het peil onder het bovenste streepje ligt,
vult u tot het bovenste streepje bij met aanbevolen olie (zie pagina 11).
4.Draai de olievuldop weer stevig vast.
VOORZICHTIG:
Als de motor met te weinig olie draait, kan dit leiden tot ernstige
motorschade.
OLIEVULDOP
MAXIMUMNIVEAU
OLIEVULDOP
Oliealarmsysteem (indien van toepassing)
Het waarschuwingssysteem laag olieniveau voorkomt motorschade die
kan ontstaan door onvoldoende olie in het carter. Als het olieniveau in
het carter een bepaalde minimale grens bereikt, schakelt het systeem
de motor automatisch uit (de motorschakelaar blijft in de stand AAN).
OPMERKING:
Als de motor stilvalt en daarna niet meer wil starten, controleer dan
eerst het motorolieniveau alvorens naar storingen te gaan zoeken.
12